Breeschoten

Breeschoten

 

De boerderij Breeschoten hoort oorspronkelijk bij de boerderij Groot Orel. In 1538 wordt het apart vermeld. Rond 1650 splitst het bedrijf zich opnieuw zodat grofweg de huidige situatie ontstaat: Breeschoten en Nieuw Breeschoten.

 

 

Breeschoten (1)

 

Deze familie Breeschoten heeft haar wortels op de Scherpenzeelse boerderij De Haar. In 1661 verhuist de familie naar Renswoude. In 1683 keren Peter Rijcksen en zijn vrouw Geertje Jansen terug naar Scherpenzeel en gaan op Breeschoten wonen. Hun nageslacht gaat de boerderijnaam als achternaam dragen.

 

I

Peter Rijcksen, tr. NN.

Ca. 1624 wordt Peter Rijcksz aangeklaagd door Claes Jansz Appelrelaer wegens het bezit van het Brinckerlandt (Recht. Arch. Scherpenzeel 1 fol. 11; na 12-07-1624).

Peter Rijcksen, op de Haer, Jan Cornelisz Ebbenhorst, Rijck Aelbers en Arrijs Jansz hoeven geen extra dorpsbelasting te betalen wegens een obl. aan de gemeente (Recht. Arch. Scherpenzeel 1 fol. 134; 23-11-1635).

In 1628 wordt Peter Rijckxen voor het gerecht aangeklaagd door de erfgenamen Hubbert Sandersen wegens het betalen van een obligatie (Recht. Arch. Scherpenzeel 1, fol. 27vo; 19-05-1628

Uit dit huw.:

1. Rijck Petersen, volgt II

2.? Cornelis Petersz

                In 1656 is Cornelis Petersz borg voor Rijck Petersz, op de Haer (Recht. Arch. Scherpenzeel 3; 04-02-1656).

 

II

Rijck Petersen, tr. Teuntje Jans

De schout eist vier herenponden boete van Rijck Peters wegens vech­ten met Willem Thonisz. (Recht. Arch. Scherpenzeel 2 fol. 69,70,70vo,72,73; 11-12-1637, fol. 73vo; 29-01-1638, 12-03-1638).

De schout eist vier herenponden boete van Willem Thonisz, op Colfschooten wegens messetrekken tegen Rijck Peters, op de Haer (Recht. Arch. Scherpenzeel 2 fol. 69vo,70vo,72,73; 11-12-1637, fol. 72,73; 29-01-1638. Nr. 1 fol. 74vo,I­I:73vo,74vo; 12-03-1638. Nr. 2 fol. 97vo; 09-12-1639).

Mr. Reijnier van Altena, barbier uit Woudenberg en Willem Jansen eist betaling van schulden van Rick Petersz, op de Haer, borg: Cornelis Peters (Recht. Arch. Scherpenzeel 3; 04-02-1656).

Lidm. Scherpenzeel 11-07-1658: Rijck Petersen, en Tuentien Jans, op de Haer, beiden met attestatie vertrokken naar Renswoude.

Lidm. Renswoude 1661: Rijck Peterszen en Teuntje, sijn huijsvrouw

Uit dit huw.:

1. Peter Rijcksz, ged. Scherpenzeel 03-03-1652, op de Haer, volgt III

 

III

Peter Rijcksen, ged. Scherpenzeel 03-03-1652, tr. Renswoude 20-03-1681 Geertje Jansen, ov. Scherpenzeel 21-03-1742

Lidm. Scherpenzeel 30-09-1683: Peter Rijcksen en Geertje Jansen, op Breeschoten.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1715: Peter Rixen en Geertje Jansen, op Breeschooten.

Doodboek Scherpenzeel: 21-03-1742  Geertje, op Breeschoten.

Uit dit huw.:

1. Teuntje Peters, ged. Renswoude 19-02-1682, volgt IVa

2. Jan Petersz Breeschoten, ged. Scherpenzeel 28-10-1683, op Breeschoten

In 1718 eist de schout betaling van 8 herenponden boete wegens vechten van Jan Petersen Breeschoten en Helmert Petersen, op Klein Oordeel (Recht. Arch. Scherpenzeel 4; 16-05-1718).

3. Jantje Peters, ged. Scherpenzeel 19-10-1684, op Breeschoten

4. Rijckje Peters van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 02-10-1686, op Breeschoten, volgt IVb

5. Jan Petersz, ged. Scherpenzeel 11-11-1688, op Breeschoten

6. Jantje Peters, ged. Scherpenzeel 22-03-1691, op Breeschoten, volgt IVc

7. Gerrit Petersz, ged. Scherpenzeel 15-01-1693, op Breeschoten

8. Rijck Petersz, ged. Scherpenzeel 08-12-1695, op Breeschoten, ov. ca. 1753, ongehuwd

Grafstenen Grote Kerk Scherpenzeel nr. 70: RICK PETERSEN OP BREESCHOTEN 1742.

Inwoners Scherpenzeel 1749: Rick Peters, boer, en zijn broer (Hannes).

9. Johannes/Hannes Petersz, ged. Scherpenzeel 01-05-1698, op Breeschoten, ov. ca. 1768, ongehuwd

Lidm. Scherpenzeel 25-12-1724: Hannes Petersen van Breeschoten.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1740: Hannes Peterz, op Breschoten.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1756/58: Hannes Petersz, (later toegevoegd:) en den boer zelfe Gerrit Aerdts, op Breschoten

10. Itje Peters, ged. Scherpenzeel 23-01-1701, op Breeschoten

 

IVa

Teuntje Peters, ged. Renswoude 19-02-1682, tr. Woudenberg 20-09-1716 (otr. Scherpenzeel) Aart Tijmensen, wed. Evertje Jans, won. Suiderbroek onder Gerestein

Lidm. Scherpenzeel 12-04-1705: Teeuntje Petersen, jd, op Breeschoten.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1715: Teuntje Petersen, met attestatie vertrokken naar Woudenberg.

Lidm.Woudenberg: Teuntje Peterz.

Aart Tijmensen, van Maarsbergen, tr. Doorn 08-01-1707 Evertje Jansen, genoemd: Gijsbertje Jans, van de Bieshaar, dr. Jan Rijcksz en Hendrikje Teunissen (Voskuilen GenAA)

                Lidm. Scherpenzeel 25-12-1709: Aert Tijmensen, en Evertje Jans, el. aen de Groep.

                Lidm. Woudenberg ca. 1713: Aert Tijmenz, en Evertje Janz (niet meer in lijst van 1746).

Uit het huw. van Aart Tijmensen en Evertje Jans:

1. Jan Aertsz, ged. Scherpenzeel 18-11-1708, aen de Groep

2. Gijsbertje Aerts, ged. Scherpenzeel ..-04-1710, aen de Groep

3. Tijmen Aertsz van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 12-04-1711, aen de Groep, volgt Va

4. Gijsbertje Aertsz, ged. Scherpenzeel 07-08-1712, aen de Groep

5. Hendrikje Aerts, ged. Woudenberg 09-09-1714, get. Aeltje Jans

Uit het huw. van Aart Tijmensen en Teuntje Peters:

6. Gerrit Aertsz, ged. Woudenberg 03-03-1720, volgt Vb

 

Va

Thijmen Aartsz van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 12-04-1711, ov. 1750, won. Ebbenhorst, tr. Scherpenzeel 11-08-1743 Jantje/Jannigje Dirks, won. Ebbenhorst

Bij het vierde kind voert Thijmen voor het eerst de achternaam Breeschoten.

Maaggescheid nalatenschap Tijmen Aartsen (ov.) x Jantjen Dirks. De drie kinderen krijgen van moeders wege 1/20 deel van Breescho­ten. Jantje krijgt de inboedel (Recht. Archief Scherpenzeel 5; 08-10-1755).

Uit dit huw.:

1. Aerdt Tijmensen van Breschooten, ged. Scherpenzeel 25-12-1743, thans op Ebbenhorst, tr. (1) Amerongen 30-03-1788 Evertje Jansen van Hoevelaar, geb. Amerongen, tr. (2) Amerongen08-08-1794 Geertje Dirks van Nieuw Amerongen, geb. Veenendaal

2. Peter Tijmensen van Breschooten, ged. (Gelders) Veenendaal 25-07-1745, volgt VIa

3. Teuntje Tijmensen van Breschooten, ged. Veenendaal 04-10-1747

4. Thijmen Tijmensen van Breschooten, ged. Veenendaal 20-09-1750

 

VIa

Peter Tijmensen van Breschooten, ged. (Gelders) Veenendaal 25-07-1745, ov. Scherpenzeel 07-02-1805, tr. Scherpenzeel 21-02-1773 Geertje Hendriks van Huigenbos, ged. Scherpenzeel 14-02-1745, op de Haar, ov. Scherpenzeel 15-08-1809, dr. van Hendrik Cornelissen en Geurtje Claassen, van Schaik

Uit dit huw.:

1. Geurtje van Breeschoten, geb./ged. Scherpenzeel 26-03/03-04-1774, op Glashorst, get. Maria van Ginkel, hv Gerrit de Jong

2. Jannetje van Breeschoten, geb./ged. Scherpenzeel 06/10-09-1775, op Glashorst, get. Geertje Paters, wed. Arien ter Borg, ov. Scherpenzeel 16-07-1827, tr. (1) Scherpenzeel 15-05-1798 Jorden Cornelissen Boon, ged. Woudenberg 04-11-1764, zn. van Cornelis Dirksz en Jacomijntje Willems, tr. (2) 07-10-1813 Hendrik van Linden, ged. Scherpenzeel 09-12-1764, ov. Scherpenzeel 23-11-1835, zn. van Hermen van Linden en Evertje Stevensen van Droffelaar

3. Hendrik van Breeschoten, geb./ged. Scherpenzeel 10/15-06-1777, op Glashorst, get. Aaltje Hendriks van Huigenbos, jd., volgt VII

4. Tijmentje van Breeschoten, geb./ged. Scherpenzeel 01/07-02-1779, op Glashorst, get. Aaltje Hendriks van Huigenbos, jd.

5. Cornelis van Breschoten, geb./ged. Scherpenzeel 11/21-01-1781, op Glashorst, get. Willempje, hv Jacob Hendriks van Huigenbosch, tr. Leersum 06-05-1815 Jannigje Geurtse Veenendaal, ged. Leersum 12-02-1786, dr. van Jan Geurtse van Veenendaal en Lijsje Veenhof

            Uit dit huw.:

1. Geertje van Breeschoten, geb. Doorn 1815, tr. Wijk bij Duurstede 01-12-1864 Teunis van Ee, geb. Leersum 30-12-1820, wed. Jenneke Broekhuizen en Jannigje ten Hoente, zn. van Willem van Ee en Helena Kok

2. Jannigje Breschoten, geb. Leersum 22-08-1819, ov. Maarn 22-12-1878, tr. Leersum 16-11-1866 Willem van Ek, wed. Willempje van Veldhuijsen, geb. Amerongen 17-10-1813, zn. van Cornelis van Ek en Jannigje van Barneveld

3. Pieter Breschoten, geb. Leersum 26-08-1822, ov. Wijk bij Duurstede 20-05-1848, ongehuwd

4. Cornelis Breschoten, geb. Leersum 1824, ov. Leersum 10-01-1900, tr. (1) Leersum 02-11-1849 Cornelia van Zoest, geb. Renswoude 19-11-1824, dr. van Jan van Zoest en Gijsbertha Hermina Uldrich, tr. (2) Leersum 27-03-1874 Jaapje Kesting, wed. Arie Floor, geb. Aarlanderveen 1824, ov. Utrecht 19-10-1905, dr. van Johannis Fredrik Kesting en Apolonia Wies

                        Uit het 1e huw.:

                        1. Petronella Breschoten, geb. Leersum 27-12-1849, ov. Leersum 28-01-1850

                        2. Pieter Breschoten, geb. Leersum 06-06-1851, ov. Leersum 07-04-1852

6. Teunisje van Breeschoten, geb./ged. Scherpenzeel 14-02/09-03-1783, op Glashorst tr. Scherpenzeel 27-05-1802 Dirk Cornelisz Boon, wed. Errisje Brandse van Ginkel, ged. Scherpenzeel 24-12-1752, op Moorst, zn. van Cornelis Dirksz en Jacomijntje Willems Tijmen van Breeschoten, geb./ged. Scherpenzeel 11/23-07-1783, op Glashorst

8. Gijsbertje van Breeschoten, geb./ged. Scherpenzeel 01/19-07-1789, op Glashorst, ov. Scherpenzeel 02-06-1868, tr. Scherpenzeel 26-09-1812 Rijk van Glashorst, ged. Woudenberg 30-11-1760, ov. Scherpenzeel 11-04-1828, zn. van Gijsbert Janse van Glashorst en Neeltje Rijkse van de Camp

 

VII

Hendrik van Breeschoten, geb./ged. Scherpenzeel 10/15-06-1777, op Glashorst, tr. Scherpenzeel 18-03-1804 Dirkje van de Haar, ged. Woudenberg 30-01-1780, dr. van Dirk van de Haar en Teunisje Erissen van Voskuilen

Uit dit huw.:

1. Geertje van Breeschoten, geb./ged. Woudenberg 15/30-09-1804

2. Dirk van Breeschoten, geb./ged. Scherpenzeel 16-02/09-03-1806, onder Scherpenzeel

3. Peter van Breeschoten, geb./ged. Scherpenzeel 23-11/13-12-1807, onder Scherpenzeel

 

IVb

Rijckje Peters van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 02-10-1686, op Breeschoten, ov. voor 1756, tr. Renswoude (otr. Scherpenzeel) 29-07-1719 Aart Woutersen, ov. voor 1756, zn. van Wouter Pelen en Geurtje Willems

Lidm. Scherpenzeel 27-03-1712: Rijckje Petersen.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1715: Rikje Petersen.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1740: Rickje Peters, op Groodt Donkelaer, woont nu in Scherpenzeel.

In 1735 koopt Aart Woutersen voor f 390,= drie morgen land met het huisje in Donkelaar (AE; GAA 148, 40e penning; 18-02-1735 en Recht. Arch. Woudenberg 2346).

Van 1735-1744 huurt Aart Woutersen de boerderij Groot Donkelaar met 64 morgen land (AT028b011, fol. 23; 07-09-1735 en AT028b012; 24-01-1738).

In 1766 verkopen Jacomina Aartsen x Hendrik Wijnen; Geurtje Aartsen x Jacob van Santen en Wouter Aartsen x Reijntje Willemsen, ieder voor 1/3 deel erfgenaam van Rijkje Petersen, wed. Aart Wouterse, 3 morgen land in Donkelaar voor f 700,= aan Willem en Sander Willemsen van Kolfschoten (AT041a003, nr. 2; 25-04-1766).

Uit dit huw.:

1. Jacomijn Aarts van Breeschoten/Jacomijntje van de Glint, ged. Scherpenzeel 08-10-1719, op Breschoten, tr. (1) Renswoude (otr. Scherpenzeel) 14-11-1745 Jan Cornelisz van Huigenbosch, ged. Scherpenzeel 15-08-1717, zn. van Cornelis Willemsen van Wagensveld en Geurtje Hendriks, tr. (2) Renswoude 25-04-1756 Hendrik Wijnen van Ravenhorst, ged. Renswoude 23-01-1729, zn. van Wijn Aelbertsen en Rijkje Gijsberts. Hendrik, tr. (2) Scherpenzeel 07-09-1788 Willempje Dirks Wilbrink, wed. Jan Cornelissen de Zwart, geb. Garderen, won. Klein Gooswilligen

In 1788 laten Hendrik Wijnen, wed. Jacomijntje van de Glint uit Renswoude en Willempje (Wilbrink), wed. Jan Cornelisz, op Klein Gooswilligen, geassisteerd door Willem Gijsbertsz Renes, hun huw. voorw. maken (Recht. Arch. Scherpenzeel 12, nr. 35; z.j.).

2. Gerrit Aertsz van Breeschoten, ged. Woudenberg 03-03-1720, won. Breeschoten, volgt Vb

3. Geurtje Aarts van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 01-05-1729, op Groot Donkelaar, tr. Scherpenzeel 26-06-1757 Jacob Aalbertsz van Santen, ged. Scherpenzeel 23-07-1719, zn. van Albert Jacobsz van Santen en Jantje Cornelissen van Santen

4. Wouter Aarts van de Glint, ged. Scherpenzeel 06-08-1730, op Groot Donkelaar, tr. Renswoude (otr. Scherpenzeel 16-03-1765) Reintje Willems van Schaik, ged. Renswoude 13-09-1739, op Wagensveld, dr. van Willem Hendriks van Schaik en Evertje Wulven

In 1766 verkopen Wouter Aartsen x Reintje Willemse en zijn zusters Jacomina en Geurtje Aartsen drie morgen land in Donkelaar onder Leusden (Recht. Arch. Leusden 1053; 21-05-1766).

In 1772 wordt Wouter Aartsen van de Gelint beleend na dode van zijn oom Albert Hendricksen van Schaik met Nieburg. (Leenboek Huis Scherpenzeel 145, fol. 92; 06-11-1772).

Uit dit huw.:

1. Aard Woutersz, ged. Renswoude 14-02-1766

2. Jannetje Wouters, ged. Renswoude 12-05-1769

3. Rijkje Wouters, ged. Renswoude 09-07-1774

 

IVc

Jantje Peters, ged. Scherpenzeel 22-03-1691, op Breeschoten, tr. Scherpenzeel 09-12-1725 Cornelis Teuniszen, ged. Scherpenzeel 15-03-1693, aen de Groep, zn. van Teunis CornelissenLangelaer en Grietje Melchertsen

Uit dit huw.:

1. Gijsbertje Cornelisz van Breehoef, ged. Scherpenzeel 0-03-1727, volgt Vb

2. Peter Cornelisz van Breehoef, ged. Scherpenzeel 20-02-1729

3. Geertje Cornelisz van Breehoef, ged. Scherpenzeel 10-02-1732

 

Vb

Gerrit Aertsz van Breeschoten, ged. Woudenberg 03-03-1720, won. Breeschoten, ov. 09-05-1773, tr. Scherpenzeel 24-10-1756 zijn nicht Gijsbertje Cornelisz van Breehoef, ged. Scherpenzeel 09-03-1727, aen de Groep, dr. van Cornelis Teunis en Jantje Peters, op Breehoef. Gijsbertje Cornelisz, tr. (2) Scherpenzeel 02-10-1774 Melis Hendriksz van Boeschoten, geb. Ede, zn. van Hendrik Jansz van Boeschoten en Evertje Geurts. Melis, tr. (2) Scherpenzeel 14-07-1776 Jantje Hendriksd van Seumeren, geb. Lunteren, dr. van Hendrik Janssen

‘NB. Ingevolge ’s Hoves Resolutie den 28 oct. 1756 als sijnde de bruijdegom en bruijdt susters kinderen, sijnde voornoemde eghtl. andermael opgeroepen en toen ge­trouwdt’

Lidm. Scherpenzeel 06-04-1760. Gerrit Aerdtsz, op Breschoten.

Lidm. na 1740: Gerrit Aerdtsz, gehuwd, op Breschoten.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1756/58: Hannes Petersz, (later toegevoegd:) en den boer zelfe Gerrit Aerdts, op Breschoten.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1771: Gerrit Aarts van Breschoten, op Breeschoten.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1772/74: Gerrit Aarts van Breeschoten, op Breeschoten.

In 1787 kopen Jan Hoomoed x Geertje Herberts voor f 2000,= van Kornelis, Aart, Jan en Teuntje Gerrits, kinderen van Gerrit Aarts x Gijs­bertje Kornelisse de helft van Breeschoten, huis, hof, hofstede en landerijen. Leenroerig aan de rekenkamer van Gelderland met een tins van 7 st. Gebruikt door Teuntje Gerrits x Hendrik Jansz Ploeg. De weder­helft behoort de erfgenamen van Gerrit Gerritsz van Davelaar (Recht. Arch. Scherpenzeel 8; 22-08-1787).

Uit het huw. van Gerrit en Gijsbertje:

1. Teuntje Gerrits, ged. Scherpenzeel 16-10-1757, op Breschoten

2. Teuntje Gerrits van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 17-12-1758, op Breschoten, begr. Scherpenzeel 28-06-1794, tr. Renswoude (otr. Woudenberg) 29-06-1781 Hendrik Janz Ploeg, geb. Woudenberg, begr. Scherpenzeel 21-07-1808, zn. van Jan Peterse Ploeg en Klaasje Evertse. Hendrik, won. Doorn, otr. (2) Renswoude 05-09-1794 Breunisje Cornelissen (Kuus) van Engelenburg, ged. Gelders Veenendaal 22-03-1772, dr. van Cornelis van Engelenburg en Klaasje Dirkse

3. Cornelis Gerrits van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 15-03-1761, op Breschoten, begr. Scherpenzeel 17-03-1791

4. Aart Gerrits, ged. Scherpenzeel 06-11-1763, op Breeschoten

5. Jan Gerrits, ged. Scherpenzeel 17-08-1766, op Breeschoten

6. Jan Gerrits, ged. Scherpenzeel 09-08-1767, op Breschoten

7. Johannes Gerrits, ged. Scherpenzeel 07-07-1771, op Breeschoten

Uit het huw. van Melis en Jantje:

1. Hendrik Melissen van Boeschoten, geb./ged. Scherpenzeel 02/10-08-1777, op Breeschoten, get. Evertje Geurtsd(Gerrits) wed. Hendrik Boe­schoten

2. Hendrijntje Meessen van Boeschoten, geb./ged. Scherpenzeel 09/14-02-1779, op Breeschoten, get. Marritje/(Marrijtje) Hendriks van Seumeren hv Dirk Wil­lemsen, tr. (1) Scherpenzeel 18-12-1803 Jan Jansen Bosch, ged. Scherpenzeel 21-07-1776, op ´t Nieuwe Willaar, zn. van Jan Willemsz Bosch en Teuntje Lammerts Lagerweij, tr. (2) Woudenberg (att. van Maarsbergen) 03-12-1809 Gerrit van Dusschoten, geb. Barneveld

?Lidm. Scherpenzeel 05-08-1807: Hendrikje Melissen van Breeschoten.

3. Evertje Melissen van Boeschoten, geb./ged. Scherpenzeel 21/28-05-1780 op Breeschoten, get. Aaltje van Boeschoten j.d., tr. Leersum 26-07-1801 Wouter van Eck, ged. Leersum 04-02-1770, zn. van Gerlach van Eck en Gerrigje Willemsen de Kruijff

 

 

 

Breeschoten (2)

 

De stamvader, Herman Ariaens, komt van de Scherpenzeelse boerderij Schaik en woont in 1652 op Breeschoten. Zijn achterkleinkinderen noemen zich Van Breeschoten. Dan woont de familie al lang niet meer op de boerderij maar zijn naar het dorp verhuisd.

 

I

Herman Ariaens, zn. van Adriaen Jansz en Marritgen Willems, tr. NN

In 1652 wordt Harmen Ariensz, op Breschoten genoemd in cedulle van de Generale Verpachtingen (Westerholt 013-45).

In 1661 eisen Cornelis Hermsen en Aeriaen Jansen, broer en momber van het onnozele kind van Herman Aeriaens betaling van  f 800,= van Wilhem Hermansz, voor gekochte schapen, paarden en beesten uit de inboe­del. (Recht. Arch. Scherpenzeel 3; 10-06-1661).

Uit dit huw.:

1. Cornelis Hermsen, timmerman, volgt IIa

2. een onnozel kind

3. Willem Harmens, volgt IIb

4. Trijntje Hermsen, tr. Scherpenzeel 12-03-1682 Ot Jansen, op Wolfswinckel

 

IIa

Cornelis Hermsen, timmerman, ov. Scherpenzeel 04-12-1673, tr. Anneken Aerts, ov. 1673

Lidm. Scherpenzeel Kerst 1629: Cornelis Hermansz, timmerman en Anna Jonge Aerts

Lidm. reg. Renswoude 1649: Cornelis Hermansz c. uxore (met echtgenote)

Lidm. reg. Renswoude 1652: Cornelis Hermsen en Anna Aerts, sijn huijsvrouwe, aen Scherpenzeel in de Achterstraet.

Lidm. reg. Renswoude 1657: Cornelis Harmszen en Anna Aerts, sijn huijsvrouw, achter Scherpenzeel, overgegaen met attestatie tot Scherpenzeel.

Lidm. Scherpenzeel 25-09-1659: Cornelis Hermansen, en Anneken Aerts, met attestatie van Renswoude

In 1650 wordt Cornelis Hermens timmerman en Annechgen Aertsdr, zijn vrouw beleend na dode van Aert Aertsz haar vader met een huis aan de Holevoet; 1650 (Huis Amerongen 1180, fol. 13; 1650).

In 1691 wordt Marrytgen Meijnsen, getr, geweest met Steven Cornelisz aan de Holevoet en nu getrouwd met Willem Anthonisz van Renes er mee beleend (Huis Amerongen 1184; 11-11-1691).

Uit dit huw.:

1. Steven Cornelisz, volgt IIIa

2. Ariaen Cornelisz, ged. Scherpenzeel 24-03-1647

3. Ariaentgen Cornelissen, ged. Scherpenzeel 08-09-1650, tr. Amersfoort (otr. Scherpenzeel) 23-04-1674 Elbert Heijmensen Verhel, geb. Amersfoort

 

IIIa

Steven Cornelisz, timmerman, tr. Renswoude (otr. Scherpenzeel) 10-07-1664 Marritien Meijnsen, won. Immickhuijsen, dr. van Meijns Woutersen. Marijtje, tr. (2) Scherpenzeel 26-08-1683 Willem Anthonisz van Renes, ged. Scherpenzeel 13-08-1643, zn. van Antonie Willemsen en Jantien Driessen

Lidm. Renswoude 1661: Marritje Meijnszen, jd. op Emickhuijsen.

Lidm. Scherpenzeel 26-03-1665: Marritien Meijntsen, hv Steven Cornelissen, met attestatie van Renswoude.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1673: Steven Cornelissen en Marrijtje Meinsen.

Bij het 2e huw. staat: “na 1e afkondiging de vordere geboden gestuijt zijnde door Reijertje Wulfertsen, jd, tot Woudenberg, is de sake bijgelegt den 16 augusti”.

Uit dit huw.:

1. Hermen Stevensen van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 08-04-1665, volgt IVa

2. Meijns Stevensen Breeschoten, ged. Scherpenzeel 16-12-1666, volgt IVb

3. Aertien Stevensen, ged. Scherpenzeel 11-04-1669, tr. Amersfoort (otr. Scherpenzeel) 19-04-1692 Gijsbertus Abrahamsen, van Amersfoort

4. Heijltien Stevensen, ged. Scherpenzeel 08-01-1671, tr. Hoevelaken (otr. Scherpenzeel 06-03-1697) Wijn Hendricksen, van Hoevelaken

5. Anneke Stevensen, ged. Scherpenzeel 21-11-1675

6. Arien Stevensen, ged. Scherpenzeel 04-11-1677

7. Annetje Stevensen, ged. Scherpenzeel 14-03-1680

                Lidm. Scherpenzeel 12-04-1705: Anna Stevensen, jd.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1715: Anna Stevensen, jd., met attestatie vertrokken naar Amersfoort; met attestatie van Amersfoort 1717.

                Lidm. Amersfoort juli 1717: Anna Stevensen van Breeschoten.

 

IVa

Hermen Stevensen van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 08-04-1665, tr. Scherpenzeel 01-04-1688 Cornelisje Gerritsen, geb. Scherpenzeel

Uit dit huw.:

1. Marrijtje Hermens van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 24-02-1689, tr. Scherpenzeel 15-01-1719 Frederik Harmsen van Bekker, geb. Amersfoort

Lidm. Scherpenzeel 20-04-1710: Marrijtje Herms, jd.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1715: Maria Harmens , jd.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1740: Maria Harmens Breschoten.

2. Steven Hermensz van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 19-10-1690

3. Aeltje Hermens van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 30-12-1694

?Lidm. Scherpenzeel 25/31-12-1724: Aaltje van Breeschoten, met attestatie van Utrecht, met attestatie vertrokken naar Utrecht.

4. Gerrit Hermens van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 17-10-1697

 

IVb

Meijns/Meindert Stevensen Breeschoten, ged. Scherpenzeel 16-12-1666, ov. jan. 1718, tr. (1) Scherpenzeel 08-06-1704 Willemijn Jansen van Wijck, ged. Scherpenzeel 29-07-1666, dr. van Jan Gerritsen van Wijck/Loeft, tr. (2) Scherpenzeel 24-05-1716 Aeltje Tijmens van Hoevelaken. Aaltje, tr. (2) Scherpenzeel 24-05-1722 Albert Derksen van Manen, ged. Scherpenzeel 18-02-1703, zn. van Derck Breunissen en Anna Arissen van ´t Willer

Lidm. Scherpenzeel 24-04-1707: Meins Stevensen.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1715: Meins Stevensen van Breeschoten.

In 1715 eist de schout 10 herenponden boete van Meijns van Breeschoten wegens vechten met mr. Andries (Recht. Arch. Scherpenzeel 4; 26-08-1715).

In 1716 laat Christina van Wijck haar testament maken. Erfgenaam: Meijns Stevensen Breeschoten x Aeltje Tijmansen van Hoevelaken (Recht. Arch. Scherpenzeel 3;10-06-1716. Geregistreerd na ov. van Meijns op 28-02-1718).

Codicil van Christina van Wijck, won. Scherpenzeel. Erfgenaam: Meijns Stevens van Breeschoten. Van ¾ deel van drie kampen land onder Renswoude. Volgens testament van 10-06-1716 voor de landdrost van Veluwe. Octrooi om te testeren Christina van Wijck, procureur, later notaris J. Woertman; 29-05-1717 (Notarieel Utrecht, not. J. Woertman; U144a005 nr. 46; 19-03-1718).

Codicil van Christina van Wijck, won. Scherpenzeel. Erfgenaam: Aaltje Tijmans van Hoevelaken, wed. Meijns Stevens van Breeschoten. Van ¾ deel van drie kampen land onder Renswoude (Notarieel Utrecht not. J. Woertman; U144a005 nr. 240; 24-07-1717).

Testament van Christina van Wijck, won. Scherpenzeel. Erfgenaam: Adriana van Wolfswinckel Gijsbertsdr. van drie kampen land onder Renswoude (Notarieel Utrecht; not. J. v.d. Doorslag, U139a015 nr. 28-2; 28-02-1727).

Uit het 1e huw.:

1. Jan Meindertsz van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 20-09-1705

Uit het 2e huw.:

2. Jan Meindertsz van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 27-06-1717

 

IIb

Willem Harmens, ov. Scherpenzeel 07-10-1680, tr. Grietien Meeusen, ov. Scherpenzeel 17-10-1676

                Lidm. Scherpenzeel kerst 1658: Willem Harmensen, en Grietien Meeusen, op Breeschoten.

In 1661 trouwt Gijsbertien Meusen van Ubbelschoten, een zuster van Grietien Meusen te Scherpenzeel  met Jan Aertsen van Lambalgen.

In 1662 draagt Willem Harmsen op Breeschoten5 gl. bij tot de reparatie van het leidak van de kerk van Scherpenzeel (HGS 273).

In 1669 verzoekt Willem Harmensz, op Breschoten, zwager van Jan Aertsz van Lambalgen en Sander Huijbertsz van Wolfswinckel de rechtzitting van Jan Jansz van Suijtloo x Jannitgen Thijmans tegen Jan Aertsz van Lambalgen, curator van de inboedel van Aelbert Cornelisz te mogen verlaten (Recht. Arch. Scherpenzeel 3; 18-10-1669. 22-11-1669. 31-01-1670. 20-06-1670).

                Lidm. reg. Scherpenzeel 1673: Willem Hermsen en Grietje Meeuwssen, op Breeschoten.

Uit dit huw.:

1. Mees Willemsz van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 05-02-1660, op Breschoten, volgt IIIb

2. Hermen Willemsz, ged. Scherpenzeel 21-09-1662, op Breeschoten, volgt IIIc

3. Claesien Willemsz, ged. Scherpenzeel 27-09-1665, op Breeschoten

4. Adriaentje Willemsen, tr. Barneveld 14-06-1685 (otr. Scherpenzeel) Hendrick Jansen, wed. Gijsbertje Jans, op Kleijn Barnevelt

 

IIIb

Mees/Meeuws Willemsz van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 05-02-1660, op Breschoten, won. Kleijn Oordeel, tr. Scherpenzeel 20-10-1689 Grietje Wouters, van de Haer

Uit dit huw.:

1. Evertje Meessen van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 14-12-1690, aen de Haer, tr. Woudenberg 14-04-1715 Cornelis Dirksz van Ingen

2. Grietje Meins van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 04-09-1692, aen de Haer, tr. Woudenberg 10-04-1719 Arien Otten, wed. Geurtje Peters

3. Trijntje Meessen van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 30-09-1694, aen de Haer, tr. Woudenberg 18-02-1720 Jan Hendriksz, van Woudenberg

4. Jantje Meessen van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 13-12-1696, aen de Haer

5. Willemijntje Meessen van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 01-01-1699, aen de Haer, begr. Doorn 11-05-1769, tr. Thomas Koendertsz Boekhout, begr. Doorn 14-02-1778

6. Wouter Meesz van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 15/26-09-1700, aen de Haer, tr. Woudenberg 17-10-1723 Willemijntje Gerrits, won. Geerenstein. Willemijntje, tr. (2) Woudenberg 29-11-1733 Dirk Dirksz van Overeem, won. Woudenberg

                Zij laten kinderen in Woudenberg dopen.

7. Willem Meesz van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 29-01-1702, aen de Haer

8. Aris Meesz van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 10-08-1704, aen de Haer

 

IIIc

Hermen Willemsz, ged. Scherpenzeel 21-09-1662, op Breeschoten, tr. Renswoude (otr. Scherpenzeel) 10-02-1695 Jantje Jordens, wed. Rijck Cornelissen, won. aan de Beeck onder Renswoude

Zie Scarpenzele jg. II (1994) nr. 2, blz. 43.

Lidm. Scherpenzeel 04-04-1706: Hermen Willemsen, op Wingelaer.

Uit dit huw.:

1. Grietje Hermens van Wingelaar/van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 10-11-1695, aen de Beeck, tr. Renswoude (ingeschr. te Scherpenzeel) 20-06-1717 Gijsbert Reijersen, van Barneveld, zn. van Woutertje Reijers

                Haar moeder heet bij haar huw.: Jantje Woutersen.

2. Willemijn Hermens van Wingelaar, ged. Scherpenzeel 15-01-1699, aen de Beeck, tr. Scherpenzeel 29-03-1719 Gerrit Hendricksz, ged. Scherpenzeel 16-02-1696, zn. van Hendrick Jansz Oudhof en Gijsbertje Willemsen

                In het doopboek heet vader foutief: Willem Hermsen.

3. Willem Hermsen van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 15-03-1705, op Wingelaer, volgt IV

 

IV

Willem Hermsen van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 15-03-1705, tr. Leusden (otr. Scherpenzeel 08-11-1732) Marrijtje Jans, van Leusden, dr. van Jan Evertsen

Uit dit huw.:

1. Jan van Breeschoten, ged. Woudenberg 18-09-1735, get. Grietje Hermens

2. Aeltje van Breeschoten, ged. Woudenberg 09-09-1736, get. Grietje Hermens

3. Jan van Breeschoten, ged. Woudenberg 18-05-1738, get. Grietje Hermens

4. Cornelis van Breeschoten, ged. Woudenberg 29-05-1740, get. Gijsbertje Hermens

5. Hendrik van Breeschoten, ged. Woudenberg 01-11-1744, Maaijke van Ginkel

6. Willem van Breeschoten, ged. Woudenberg 05-01-1749, get. Hendrikje Errissen van Couwenhoven

 

 

 

Breeschoten (3)

 

Deze familie heeft haar wortels in Amersfoort. Leertouwerszoon Jacobus Hendricksen trouwt met een Scherpenzeelse schone. In 1704 wordt hij samen met Peter Rijcksz (Breeschoten(1)) eigenaar van Breeschoten. Jacobus is nooit boer op Breeschoten geweest, maar noemt zich wel naar zijn bezit.

 

I

Henrick Jacobsen, leertouwer, van Amersfoort, tr. (1) Evertien Bosch, begr. Amersfoort 03-09-1664, tr. (2) Scherpenzeel 21-07-1667 (otr. Amersfoort 26-06-1667) Aeltien Petersen Verhoef, begr. Amersfoort febr. 1670, dr. van Peter Verhoef, tr. (3) Amersfoort 20-02-1673 Aertje Cornelis, wed. Cornelis Gerritsz, won. Scherpenzeel. Aertje Cornelis, otr. (3) Amersfoort 22-10-1681 Jacob Pleck/Blecht, leertouwer

Mogelijk is Henrick ged. Amersfoort 29-07-1628 als zoon van Jop (Jacobsz), de leertouwer.

(In 1576 verkrijgt Jacob Jansz, leertouwer, afkomstig uit Amsterdam, burgerrecht in Amersfoort. Hij woont al vijf jaar in Amersfoort. Stadsarchief 12, fol. 1149-4; 27-08-1576).

Lidm. Scherpenzeel Pasen 1664: Aertien Cornelissen, jd, met attestatie van Utrecht.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1673: Aertje Cornelissen, hv Henrick Jacobsen, nu won. Amersfoort.

In 1680 koopt Aeltje Cornelissen, wed. Henrick Jacobsen van Anthoni van Bemmel c.s. een hof gelegen in de Kleine Haag te Amersfoort, gelegen tussen hun eigen hof en de stadswallen (ORA Amersfoort 436-28, fol. 216vo; 03-05-1680).

In 1686 laten Jacob Bleck, leertouwer te Amersfoort en Aertje Cornelis hun testament maken (Not. Amersfoort AT015a005, fol. 27; 29-12-1686).

Uit het 2e huw.:

1. Jacobus Hendricksen, ged. Amersfoort 22-05-1668, volgt II

Bij zijn huw. is oom Teunis Petersz Verhoef getuige. Dat is een broer van zijn moeder Aeltien Petersen Verhoef. Eén van zijn kinderen heet ook Aeltje en dat klopt met de vernoemingen van wederzijdse ouders.

2. Jannetjen Hendricksen, ged. Amersfoort 15-02-1670

3. Thijmen Hendricksen, ged. Amersfoort 15-02-1670

Uit het 3e huw.:

4. Cornelis Hendricksen, ged. Amersfoort 21-12-1673

5. Cornelis Hendricksen, ged. Amersfoort 31-01-1675

 

II

Jacobus Hendricksen van Breeschoten, ged. Amersfoort 22-05-1668, tr. (1) Scherpenzeel 03-11-1689 Grietje Jans van Wolfswinkel, ged. Scherpenzeel 19-02-1662, ov. 1720, dr. van Jan Martensz van Wolfswinckel en Gerbrecht Jansen, tr. (2) Scherpenzeel 24-10-1728 Hendrikje Cornelissen de Jong, ged. Scherpenzeel 25-09-1707, dr. van Cornelis Gerritsen de Jonge en Armgard van Gein. Hendrikje, tr. (2) Scherpenzeel 13-10-1737 Antonij Gerritsen van Overeem, ged. Scherpenzeel 12-11-1702, zn. van Gerrit Teunissen van Overeem en Hendrickje Gerrits

Lidm. Scherpenzeel 01-10-1682: Grietje Jansen van Wolfswinkel, jd.

Lidm. Scherpenzeel 25-12-1690: Jacobus Hendriksen

Lidm. reg. Scherpenzeel 1715: Jacobus Hendriksen en Grietje Jansen van Wolfswinkel.

In 1715 wordt Evert Jansen Ouwens door Jacobus Hendriksen via zijn zoon Hendrick Jacobs beschuldigd van het stelen van een vel bij Peter Dercksen (Recht. Arch. Scherpenzeel 3; 22-06/20-07-1715).

In 1719 verkopen Jacobus Hendricks, Grietje van Wolfswinckel wonende tot Scherpenzeel in de provincie van Gelderland voor 2/3 parten, mitsgaders Adriaantje Cornelis weduwe van Elbert Verhel wonende binnen deze stad als speciale gemachtigde van Arend van de Lelij wonende tot Amsterdam, voor ’t resterende derde part aan Wouter van Deventer, houtkoper vijf huisjes met een hof daarachter en terzijde, staande en gelegen naast den anderen in de Grote Haag (Schotse Haag)te Amersfoort (ORA Amersfoort 436-32, fol. 84; 17-11-1719).

In 1731 sluiten Jacobus Hendriksen van Breeschoten, wed. Grietjen Jans van Wolfswinkel x Hendrikje de Jong en zijn twee kinderen uit het 1e huwelijk: 1. Hendrik van Breeschoten x Johanna van Coudijs; 2. Aaltjen van Breeschoten x Gerrit van Overeem een akkoord. Zij krijgen samen de helft van Breeschoten met de pachten die nog betaald moeten worden. Leenroerig aan de provinciale leenkamer van Arnhem (Recht. Arch. Scherpenzeel 5; 15-10-1731).

Uit het 1e huw.:

1. Hendrik van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 29-11-1691, volgt IIIa

2. Gerbrich van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 17-03-1695, jong ov.

3. Jan van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 19-07-1696, jong ov.

4. Aeltje van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 24-12-1698, tr. Scherpenzeel 01-05-1729 Gerrit Gerritsz Overeem (een broer van haar stiefvader), ov. voor 1754, zn. van Gerrit Teunissen van Overeem en Hendrickje Gerrits. Gerrit, tr. (2) Scherpenzeel 06-05-1742 Cornelia Rutgers van Gelkenhorst, ged. Scherpenzeel 09-07-1713, op Heintjeskamp, dr. van Rutger Hendricksz van Gelkenhorst en Geertje Jacobs van de Hoeff, tr. (3) Scherpenzeel 27-04-1749 Evertje van ´t Willaer, wed. Gijsbert Glashorst, ged. Scherpenzeel 01-01-1701, dr. van Aelbert Arissen van ´t Willer en Teuntje Lubbertsen van de Vliert

Uit het 2e huw.:

5. Jan Kobusz van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 08-03-1730

6. Jan Kobusz van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 07-10-1731

7. Jan Kobusz van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 25-01-1733, volgt IIIb

8. Aaltje Kobussen van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 19-06-1735

 

IIIa

Hendrik van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 29-11-1691, ov. ca. 1771, tr. Scherpenzeel 26-10-1721 Johanna Helmertsen van Coudijs, ged. Scherpenzeel 01-01-1693, dr. van Helmert Hendricksz van Coudijs en Lijsbet Ebbertsen van Ebbenhorst

Lidm. Scherpenzeel 25-12-1711:Johanna Helmertsen van Coudijs.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1715: Johanna Helmertsen.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1740: Henderik van Breschoten en Hanna van Koudtijs.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1756/1758: Hendrick van Breschoten en Hanna van Koudtijs.

Uit dit huw.:

1. Jan van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 01-02-1722

2. Egbert/Ebbert van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 05-03-1724, tr. Scherpenzeel (att. van Amsterdam) 04-09-1768 Anna van Asselt, geb. Harderwijk

                Lidm. Scherpenzeel, aangenomen na 1740: Ebbert van Breeschoten, jm, met attestatie vertrokken naar?

Lidm. Scherpenzeel 16-10-1768: Anna van Asselt, hv Ebbert van Breeschoten, met attestatie van Amsterdam.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1771: Anna van Asselt, wed. Breeschoten, met attestatie vertrokken naar Harderwijk september 1771.

Uit dit huw.:

1. Johanna van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 10-09-1769

2. Anthonie van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 24-03-1771

3. Margrietje van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 28-07-1726

4. Grietje/Margrita van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 08-02-1728, ov. voor 1771, tr. Scherpenzeel 02-02-1755 Gerrit Gerritsz van Davelaar, ged. Leersum 19‑08‑1731, ov. Scherpenzeel 04-07-1784, zn. van Gerrit Hendriks van Davelaar en Teuntje Jacobs Blotenburg

In 1787 kopen Jan Hoomoed x Geertje Herberts voor f 2000,= van Kornelis, Aart, Jan en Teuntje Gerrits, kinderen van Gerrit Aarts x Gijs­bertje Kornelisse de helft van Breeschoten, huis, hof, hofstede en landerijen. Leenroerig aan de rekenkamer van Gelderland met een tins van 7 st. Gebruikt door Teuntje Gerrits x Hendrik Jansz Ploeg. De weder­helft behoort de erfgenamen van Gerrit Gerritsz van Davelaar (Recht. Arch. Scherpenzeel 8; 22-08-1787).

In 1805 koopt Gerrit van Ginkel van de wed. G. van Davelaar het erf Breeschoten voor f 4000,=. Koopt op 13-07-1805 (Bataafs Frans Archief 2102; Ontvangst 40e en 50e penning; 01-08-1805).

 

IIIb

Jan Kobusz van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 25-01-1733, tr. Scherpenzeel 11-07-1756, Weintje van Glashorst, ged. Scherpenzeel 14-05-1730, ov. Scherpenzeel 27-05-1772, dr. van Gijsbert van Glashorst en Evertje van ´t Willaer

In 1746 wordt Wentije Geijsbertsen van Gelashorst, geassisteerd door Albartus van ’t Willaert, beleend door opdracht van Johannus de Jongh, mede namens de andere erfgenamen van Huijbertije van Twillaert met een derde deel van Glashorst met huis en hof, gehuurd door Jan Hendricksen; oost, zuid, west en noord rondom: Gerret van Teeseling, Hendrick Scheurman, Albartus van Twillaert, Jan van Overvest, Geijsbert Jacobsen Kodis en de erfgenamen van Dirck van Maenen. Door Antonija van de Vliert, wed. schout Melghior van Wolfswinckel gekocht voor f 440,= (Leenboek Huis Scherpenzeel 144, fol. 106; 05-01-1746).

Lidm. Scherpenzeel 30-03-1755: Weijntjen Glashorst.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1771: Weimpje Overeem, hv Jan Breschoten.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1772/1774: Weimpje Overeem, hv Jan Breschoten.

In 1774 wordt H. van Wagenzvelt beleend na dode van Wentije van Gelazhorst x Jan van Breijzchoten met een derde deel van Gelazhorst (Leenboek Huis Scherpenzeel 145, fol. 107; 23-07-1774).

Uit dit huw.:

1. Antonia van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 10-04-1757

In 1792 verklaart Evertje van Breeschoten, dr. van Jan Breeschoten dat zij haar graf in de kerk overdraagt aan zus Antonia van Breeschoten en Evertje van Wagensveld (Recht. Arch. Scherpenzeel 12, nr. 12; 26-07-1792).

2. Hendrickje van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 31-12-1758, aen ´t Oosteijnde

In 1792 verklaart Hendrikje van Breeschoten, dr. van Jan Breeschoten dat zij haar graf in de kerk overdraagt aan zus Antonia Johanna van Breeschoten (Recht. Arch. Scherpenzeel 12, nr. 13; 20-06-1792).

3. Evertje van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 08-02-1761, aen ´t Oosteijnde

4. Evertje van Breeschoten, ged. Scherpenzeel 23-04-1769

In 1792 verklaart Evertje van Breeschoten, dr. van Jan Breeschoten dat zij haar graf in de kerk overdraagt aan zus Antonia van Breeschoten en Evertje van Wagensveld (Recht. Arch. Scherpenzeel 12, nr. 12; 26-07-1792).

 

 

 

Samengesteld door:

Henk van Woudenberg

december 2007