Terugblik op de wielrennerij in Scherpenzeel

Terugblik op de wielrennerij in Scherpenzeel .

Zaterdag 7 juli is de Tour de France van start gegaan. De fans volgen deze wielerwedstrijd ook dit jaar weer op de voet. In Scherpenzeel zijn veel liefhebbers van de wielersport. Het enthousiasme voor de wielrennerij is in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw in ons dorp overweldigend. Dit is niet in de laatste plaats te danken aan de grote successen die door verschillende Scherpenzeelse renners in die tijd bij wedstrijden worden geboekt. Een mooi moment voor Oud Scherpenzeel om eens terug te gaan naar de tijd waarin de Scherpenzeelse wielrennerij zo succesvol is.

Vanaf 1958 vindt tijdens de zomervakantie de Tour de Junior in Achterveld plaats. Een internationaal jeugdwielerfestijn voor jonge wielrenners van 12 tot en met 16 jaar. Een week lang worden er dagelijks wedstrijden gefietst. Deze zomer wordt de klassementswedstrijd voor de 50 e keer verreden van 23 t/m 28 juli. Hieraan voorafgaand wordt op 22 juli een jubileumrit door oud-renners gereden, waaraan ook Scherpenzeler en oud-winnaar Ab Ter Maten meedoet (zie ook www.tourdejunior.nl ).

Huldiging Ab Ter Maten als winnaar van de Tour de Junior in 1963

In de beginjaren doen er regelmatig Scherpenzeelse jongens aan deze wielerwedstrijd mee. Sportieve jongens die voordat ze mogen deelnemen aan de Tour de Junior al een paar jaar actief hun eigen rondjes rijden. Door Frans Veldhuizen wordt in de vakanties regelmatig een wedstrijd georganiseerd, die de jongens de Tour van Bok noemen. Mede-organisator Heiz Hop maakt op de technische school in de pauzes houten bokalen voor de winnaars van de verschillende klassementen. Er worden dagelijks rondjes rond de vijver bij de Lindelaan gereden, terwijl ook een bergetappe op de Amerongse Berg op het programma staat. Een oud gebleekt shirt wordt als gele trui gebruikt. De fietsen waarmee de jongens rijden, zijn eenvoudig: fietsen waarop de jongens gewoonlijk naar school fietsen, worden geprepareerd als racefietsen zonder versnellingen. Het in orde maken van het materiaal gebeurt vaak in de werkplaats van fietsenmaker Henny Renes. De werkplaats lijkt soms meer een clubhuis waar de renners in de avonduren vaak te vinden zijn.

Ab Ter Maten wint de sprint bij de Tour de Junior in 1963

Ab Ter Maten schrijft zich in 1960 als 13-jarige in als deelnemer aan de Tour de Junior, terwijl hij pas 12 jaar is. Als deelnemer moet je in die tijd dertien jaar oud zijn. Na afloop van de Tour vertelt hij dit aan de organisatie, die het hem niet echt kwalijk neemt. De jaren daarna mag Ab reglementair wel meedoen. Dit doet hij niet zonder succes! Ab Ter Maten is in 1961 winnaar in de categorie 13-jarigen. De twee daarop volgende jaren weet hij de Tour de Junior in zijn leeftijdsklasse ook op zijn naam te schrijven. Zijn vierde overwinning op rij gaat aan zijn neus voorbij, omdat hij om een dubieuze, maar voor insiders bekende reden, twaalf strafseconden krijgt van de organisatie…

Een groot deel van het publiek in Achterveld bestaat uit Scherpenzelers, die hun favorieten naar de overwinning schreeuwen. Met zijn successen zorgt Ab Ter Maten ervoor dat verschillende andere Scherpenzeelse jongens nog harder gaan trainen om net zo succesvol te worden als hij. Dat zij vaak talentvol zijn, blijkt uit de overwinningen die zij later behalen. In 1965 winnen zowel Jan Vlastuin als Matthijs de Koning de Tour de Junior in hun leeftijdscategorie. Een jaar later levert Jan Cozijnsen als 16-jarige dezelfde prestatie.

Samen met de gebroeders Henk en Hans van Velzen, Teus Valkenburg, Gert Vlastuin en Arnold Voogt vormen zij de kern van de groep Scherpenzeelse wielrenners. Ook Gert Veldhuizen, Martin Wolswinkel en Jan van Rootselaar zijn renners van het eerste uur in ons dorp. Henny Renes in gesprek met Pieter van Vollenhoven, voorzitter Oranjevereniging

Op Moorst wordt wekelijks een trainingsavond gehouden. Bij de gemeentes Scherpenzeel, Woudenberg en Leusden wordt vergunning aangevraagd en gekregen om van de openbare weg gebruik te mogen maken voor het rijden van trainingsrondjes. Ook de Hervormde Kerk, die blijkbaar eigenaar is van een stuk grond waarover de renners fietsen, verleent medewerking. Op de hoeken van de straten staan vrijwilligers die het verkeer regelen.

Vanwege hun opvallende prestaties worden verschillende Scherpenzeelse renners uitgenodigd lid te worden van Ren- en Toerclub Amersfoort.

Erik Renes op de auto op weg naar een wielerwedstrijd in 1967.

Onder de bezielende leiding van Henny Renes worden wekelijks tijdens het wielerseizoen wedstrijden gereden in het hele land, van de kop van Noord-Holland tot in het zuiden van Limburg. De meeste jongens zijn nog te jong om auto te mogen rijden. Hun ouders zijn ook niet altijd in het bezit van een auto. Henny Renes brengt met zijn auto met daarop een speciaal gemaakt fietsenrek, waarop wel acht fietsen kunnen worden meegenomen de renners overal naartoe. De vader van Jan en Gert Vlastuin, eigenaar van rijwielfabriek Eris, heeft dit rek gemaakt. Henk de Koning, broer van Matthijs, treedt in de beginjaren ook regelmatig op als chauffeur. Vaak wordt er gewonnen. Jan Vlastuin wordt Nederlands kampioen bij de nieuwelingen en Henk van Velzen Nederlands kampioen cycle cross bij de nieuwelingen. Arnold Voogt en Matthijs de Koning gaan voor de wielerploeg van Amstel Bier rijden, terwijl Jan Vlastuin als amateur bij Vredestein gaat fietsen.

Vlnr op het podium: Ab Ter Maten, Jan Vlastuin en Hans van Velzen. Daarnaast met microfoon Henny Renes

De prijzen die worden gewonnen bestaan vaak uit door de middenstand en het bedrijfsleven geschonken artikelen. Zo gebeurt het dat naast de fietsen bijvoorbeeld ook een ligbank boven op de auto van Henny mee teruggenomen moet worden naar Scherpenzeel.

De wielrenners van wielervereniging Olympia in Amsterdam doen nogal lacherig over het materiaal waarmee de Scherpenzeelse renners verschijnen op een wedstrijd. Het lachen vergaat hun echter snel als ze tijdens de wedstrijd het nakijken hebben en ‘eraf gereden worden’ door hun Scherpenzeelse collega’s.

Het enthousiasme voor het wielrennen in ons dorp leidt er toe dat vanaf het midden van de jaren zestig van de vorige eeuw de Ronde van Scherpenzeel wordt georganiseerd m.b.v. veel vrijwilligers en onder auspicien van de Ren- en Tourclub Amersfoort. De start van de rondewedstrijd is op de Glashorst waarna via de Marijkelaan, de Eikenlaan en de Industrielaan na een bepaald aantal ronden gefinisht wordt op de Glashorst. De wielerronde is meer dan tien keer verreden en meerdere malen door een Scherpenzeler gewonnen. Speaker van de Ronde van Scherpenzeel is Frans Huibers. Hiernaast organiseert Evert ter Burg, eigenaar van Café Markzicht, in deze periode jaarlijks de wielerwedstrijd Rondje Markzicht, die aan het eind van de bouwvakvakantie plaatsvindt. Aanvankelijk wordt deze wedstrijd in Renswoude gehouden, maar later gebeurt dat in Scherpenzeel. Ab Ter Maten heeft deze ronde maar liefst dertien keer gewonnen. Op Koninginnedag is ook nog verschillende keren een wielerwedstrijd in Scherpenzeel georganiseerd. Ronde van Scherpenzeel op de Eikenlaan 1966

De successen die de Scherpenzeelse wielrenners hebben behaald, zijn voor een belangrijk deel te danken aan de juiste mentaliteit en de wijze waarop zij hun sport bedrijven. Zoals Teus Valkenburg het altijd treffend zegt:”Je moet leven voor je sport, maar niet door je sport geleefd worden”.

De meeste Scherpenzeelse wielercoryfeeën zijn nog steeds actieve sportbeoefenaars. Teus Valkenburg loopt regelmatig marathons en Jan Cozijnsen heeft zich ontwikkeld tot een goede triatleet. De nu 59-jarige Ab Ter Maten rijdt nog wekelijks wielerwedstrijden en heeft twee weken geleden nog meegedaan aan het Nederlands Kampioenschap wielrennen bij de veteranen.

In dit verhaal zijn de successen van Matthijs de Koning onderbelicht gebleven. In de volgende Terugblik , die al over twee weken verschijnt, blikken we uitgebreid terug op zijn carrière als profwielrenner en deelnemer aan de Tour de France. Klaar voor de start bij de Ronde van Scherpenzeel in 1966.

Ronde van Scherpenzeel op de Glashorst 1967