Terugblik op natuurijsbaan de Koepel.

De winter is al weer voor een groot deel voorbij. Van een vorstperiode is nog geen sprake geweest. Voor schaatsen op natuurijs moeten we steeds langer geduld hebben. Dat is wel eens anders geweest. Vroeger was er bij Scherpenzeel (op Woudenbergs grondgebied) zelfs een natuurijsbaan. Oud Scherpenzeel blikt terug in de tijd en vertelt u over de geschiedenis van ijsbaan de Koepel.

 

Al rond 1930 is er bij ´t Koepeltje een ijsbaan bij de Lunterse Beek. Faciliteiten zijn er nauwelijks. Benzinelampen zorgen voor enige verlichting, een kleedruimte ontbreekt. Han van de Wetering en zijn vrouw Leentje Minnen (dochter van landopzichter Minnen die in ´t Koepeltje woonde) zijn zeer bedreven in het kunstrijden. Na de oorlog wordt de loop van de Lunterse Beek verlegd. Hierdoor stroomt de beek nu door een gedeelte van de ijsbaan. De baan raakt in verval en wordt pas vele jaren later weer in gebruik genomen.

In de tweede helft van de jaren zestig van de vorige eeuw neemt Teun Valkenburg het initiatief om ijsbaan de Koepel weer nieuw leven in te blazen. Samen met de gebroeders Karel, Jan en Bep Methorst (van het grondverzetbedrijf), aannemer Kees van de Broek en kuikenbroeder Wim van den Berg gaat hij met toestemming van de grondeigenaar aan de slag. De oorspronkelijke ijsbaan is een stuk groter, maar door het verleggen van de beek is de baan U-vormig geworden. Door het kappen van bomen en het weggraven van grond ontstaat een cirkelvormige baan met in het midden een eilandje. Rond de baan worden acht lichtmasten geplaatst. De elektriciteitsmaatschappij verleent zijn medewerking

V.l.n.r.: Teun Valkenburg, Jan Methorst, Wim van de berg

en plaatst een meter tussen een kabel die vlakbij de ijsbaan ligt. Naast de baan wordt een “keet” geplaatst. Hier worden door de heer Roeleveld uit Renswoude warme chocolademelk en andere versnaperingen verkocht. De initiatiefnemers betalen de kosten voor de aanleg van de ijsbaan uit eigen zak.

Een aantal problemen waarmee ijsbaan de Koepel te kampen had, ligt de nu 89-jarige Karel Methorst nog vers in het geheugen.

Toen de winter weer in aantocht was, moest de baan m.b.v een grote, door een tractor aangedreven pomp, onder water worden gezet. ’s Avonds werd de pomp aangezet en rond middernacht stond de baan onder water. De volgende morgen echter was al het water verdwenen. Door een konijnenhol in de wal tussen de ijsbaan en de Lunterse Beek was het water teruggestroomd en was er een gat van bijna veertig meter geslagen. Die winter kon er niet meer worden geschaatst. Pas in de daarop volgende zomer kon het gat worden gedicht.

Een ander probleem was het wegzakken van het water in de grond, waardoor “bomijs” en scheuren ontstonden. Op verschillende plaatsen bestond de bodem van de ijsbaan uit “wit” zand waardoor het water gemakkelijk in de grond verdween. Om dit probleem op te lossen werd er water onder het ijs gepompt. Ook liet men zomers paarden op de baan lopen die de grond goed aanstampten.

Viertal achter waterspuit: V.l.n.r.: Jan Methorst, Bep Methorst, ?, ? Veel bezoekers betaalden geen entreegeld. Vooral ’s avonds in het donker kwamen de schaatsers van alle kanten de ijsbaan op, maar vaak niet via de ingang. Gemaakte kosten konden zo niet worden terugverdiend.

Aangezien de baan voor een groot deel lag verscholen tussen de bomen en lager was gelegen dan het land er omheen, duurde het vrij lang alvorens er betrouwbaar ijs was waarop geschaatst kon worden. Schaatsers trokken o.a. naar de ijsbaan in Ederveen die sneller dichtvroor.

Al met al zorgden deze problemen ervoor dat de initiatiefnemers er na ongeveer 5 winters mee ophielden. Jammer voor de vele schaatsliefhebbers die met veel plezier terugdenken aan de tijd dat zij op ijsbaan de Koepel hun baantjes trokken. De voormalige ijsbaan is nu totaal begroeid met bomen en struiken. De baan is nog enigszins te herkennen, doordat de begroeiing in dat gedeelte lager is gelegen.

 

Een luchtfoto van de omgeving van de voormalige ijsbaan.