Langelaar (1)

De oudste generaties van deze familie Van Langelaar zijn eerder gepubliceerd door J.C. Klesser in Scarpenzele, geschiedenis van Scherpenzeel en regio, jg. 5 (1995), nr. 4, blz. 99-102. Het is een vervolg op het artikel van ir. W.H.M. Nieuwenhuis in Scarpenzele, geschiedenis van Scherpenzeel en regio, jg. 3 (1995), nr. 1, blz. 18-25.

Deze familie is heel lang verbonden met de boerderij Groot Dashorst, ook wel De Rouwe Hofstede genaamd, een boerderij onder Renswoude, ten zuidoosten van Scherpenzeel.De nakomelingen van Hendrick Mateusz van Langelaer zijn heel lang verbonden met de boerderij ´t Vliet, een boerderij onder Woudenberg, ten zuidwesten van Scherpenzeel.Van de Langelaar-speurder Annemiek Langelaar ( www.langelaer.nl ) kreeg ik aanvullende informatie. Hartelijk dank daarvoor.

I

Reijer van Langelaer, tr. NN

                Mogelijk bewoner van Langelaer, een boerderij onder Barneveld, ten noorden van Scherpenzeel.

Uit dit huw.:

1. Jacob van Langelaer, volgt IIa

2. Gijsbert van Langelaer, volgt IIb

IIa

Jacob Reijersz van Langelaer, ov. 1471, tr. NN

                Mogelijk bewoner van Langelaer.

Uit dit huw.:

1. Reijer Jacobsz van Langelaer

In 1466 wordt Reijer van Langelaer burger van Amersfoort (Stadsarchief 2, fol. 190-2; 1466).

Ca 1470 is Reiner van Langelaer leenman van Huis Scherpenzeel (Leenboek Huis Scherpenzeel 107, fol. 12,14; ca. 1470).

In 1471 wordt Reijner van Langeler Jacobsz beleend na dode van zijn vader Jacobs van Langeler met een jaarlijkse rente uit Veenschoeten. Vorige belening ten tijde van leenheer Otto van Scherpenzeell. (Leenboek Huis Scherpenzeel 107, fol. 9,11; 12-11-1471).

In 1482 wordt Jan van Camphusen namens leenheer Gairt van Scherpenzeell beleend door opdracht van Reijner van Lageler Jacobsz met een jaarlijkse rente van een vierde van 15 Rijnse guldens uit Veenschaeten. Getuigen: Johan Maessen, pastoor van Scherpenzeel en Jan de Ruwe Gerritsz. (Leenboek Huis Scherpenzeel 107, fol. 21vo; 16-10-1482).

In 1496 is Reijer van Langeler getuige bij een schuldbekentenis van mensen uit Renswoude. Met zegel (St. Pieters en Blokland M294b; 1496).

2. Lubbert Jacobsz van Langelaer

In 1471 wordt Lubbert Jacobsz van Langeler beleend door opdracht van Maes van den Hoeve Sijmonsz x Richolt/Ricolda Jacob dochter van Langeler, met een jaarlijkse rente uit Veenschoeten, die zij erfden van Jacobs van Langeler. Vorige belening ten tijde van leenheer Otto van Scherpenzeell. (Leenboek Huis Scherpenzeel 107, fol. 9,9vo; 12-11-1471).

In 1477 is Lubbert Jacobsz van Langelaer leenman van Huis Scherpenzeel (Leenboek Huis Scherpenzeel 107, fol. 18; 09-06-1477).

In 1482 wordt Jan van Kamphuijssen namens leenheer Gairt van Scherpenzeell beleend door opdracht van Lubbert Jacobsz van Langelaer met een jaarlijkse rente uit Veenschaeten. Getuigen: Reijner van Langelair en Jan de Ruwe Gerritsz (Leenboek Huis Scherpenzeel 107, fol. 21vo; 10-10-1482).

3. Richolt/Ricolda Jacobsdr van Langelaer, tr. Maes Simonsz van den Hoeve

In 1471 wordt Lubbert Jacobsz van Langeler beleend door opdracht van Maes van den Hoeve Sijmonsz x Richolt/Ricolda Jacob dochter van Langeler, met een jaarlijkse rente uit Veenschoeten, die zij erfden van Jacobs van Langeler. Vorige belening ten tijde van leenheer Otto van Scherpenzeell. (Leenboek Huis Scherpenzeel 107, fol. 9,9vo; 12-11-1471).

4. Weijm Jacobsdr van Langelaer, tr. Henrick Woutersz

Peter Arntsz beleend door opdracht van Henrick Woutersz namens zijn vrouw Weijm Jacobs dochter van Langeler met een vierde deel van een jaarlijkse rente van 15 Rijnse guldens uit Veenschoeten. (Leenboek Huis Scherpenzeel 107, fol. 20; 17-09-1481).

5. Machteld Jacobsdr van Langelaer, tr. NN van Bemmel

In 1477 wordt  Lambert van Bemell beleend na dode van zijn moeder Machtelt Jacob van Langelers dochter met een jaarlijkse rente van 15 Rijnse guldens uit Veenschoeten, gelegen in het gerecht van Scherpenzeel en Barneveld. (Leenboek Huis Scherpenzeel 107, fol. 16; 09-06-1477).

            Uit dit huw.:

            1. Lambert van Bemmel

IIb

Gijsbert Reijersz van Dashorst, tr. Alijt Jan Herman Henricksdr, dr. van Jan Herman Hendricksz en Incken Andriesdr Goede

In 1449 wordt Gijsbert Reijersz van Dashorst beleend door opdracht van Willem van Schaick met een hoeve land onder Woudenberg. In 1419 al eigendom van zijn schoonvader (Bisschop 110-3, leenregister Abcoude 10, fol. 3; 31-10-1449).

Uit dit huw.:

1. Reijer Gijsbertsz van Dashorst, volgt IIIa

2. Dirck Gijsbertsz van Dashorst, volgt IIIb

IIIa

Reijer Gijsbertsz van Dashorst, tr. NN van Glinthorst

In 1456 wordt Reijer Gijsbertsz van Dashorst beleend na dode van zijn vader Gijsbert Reijersz van Dashorst met een hoeve land op de Wetering onder Woudenberg. vervolgens wordt zijn broer Dirck Gijsbertsz van Dashorst er mee beleend (Bisschop 110-3, leenregister Abcoude 19, fol. 19; 08-03-1456).

In 1466 wordt Reijer van Langelaer burger van Amersfoort (Stadsarchief 2, fol. 190-2; 1466).

In 1476 zegelt Reijer Gijsbertsz van Langelaer een verpachting van de boerderij Egdom onder Woudenberg (HUA, Charters Oudmunster, nr. 1410; 11-01-1476).

                In 1501 en 1511 eigenaar van ´het andere Dashorst´ (Morgengeld).

Uit dit huw.:

1. Gerrit Reijersz van Langelaer, volgt IV

IIIb

Dirck Gijsbertsz van Dashorst, tr. Gheerburch Gysken Voetsdr

In 1456 wordt Reijer Gijsbertsz van Dashorst beleend na dode van zijn vader Gijsbert Reijersz van Dashorst met een hoeve land op de Wetering onder Woudenberg. Vervolgens wordt zijn broer Dirck Gijsbertsz van Dashorst er mee beleend. Dirck lijftocht zijn vrouw Gheerburch Gysken Voetsdr er mee (Bisschop 110-3, leenregister Abcoude 19, fol. 19; 08-03-1456).

In 1460 wordt Dirck van Dashorst Gijsbertsz wederom beleend met een hoeve land op de Wetering onder Woudenberg (Bisschop 276, fol. 18vo; 28-01-1460).

In 1467 wordt Dirck van Langlair burger van Amersfoort (Stadsarchief 2, fol. 216-1; 1467).

Uit dit huw.:

1. Gijsbert Dircksz van Dashorst

In 1469 wordt Gijsbert van Dashorst beleend na dode van zijn vader Dirck Gijsbertsz van Dashorst met een hoeve land op de Wetering onder Woudenberg (Bisschop 276, fol. 48vo; 15-04-1469.Gaasbeeks Repertorium, fol. 93).

In 1484 wordt Hendrick Egbertsz beleend door opdracht van Gijsbert van Dashorst met de helft van een hoeve land op de Wetering onder Woudenberg. Te lossen binnen acht jaar met 120 postulaatsguldens (Bisschop 276, fol. 73vo; 21-03-1484).

In 1492 wordt Reijer Evertsz beleend door opdracht van Gijsbert van Dashorst (de helft) en Hendrick Egbertsz (de andere helft) van een hoeve land op de Wetering onder Woudenberg (Bisschop 276, fol. 89vo; 10-04-1492).

IV

Gerrit Reijersz van Langelaer, tr. NN

                In 1501 en 1511 gebruiker van ´het andere Dashorst´ (Morgengeld).

                In 1527 koopt Gerijt van Langeler het burgerrecht van Amersfoort ( Stadsarchief 5, fol. 120-3; 1527).

Uit dit huw.:

1. Matheus Gerritsz van Langelaer, volgt V

V

Matheus Gerritsz van Langelaer, tr. Hendrickje Jans van Zijl

In 1536 wordt Matheus van Langelair Geritsz burger van Amersfoort (Stadsarchief 8, fol. 5-4; St. Agneten 1536).

In 1537 wordt Matheus Gerritsz van Langelaer beleend met Groot Dashorst, met lijftocht voor zijn vrouw (Huis Amerongen 1177, fol. 24vo; 1537).

In 1554 volgt er een plecht op Groot Dashorst, afkomstig van zijn ov. vader (Huis Amerongen 1177, fol. 31; 15-07-1554).

Uit dit huw.:

1. Gerrit Matheusz van Langelaer, volgt VIa

2. Hendrick Matheusz van Langelaer, volgt VIb

3. Crijn Matheusz van Langelaer, tr. voor 1580 NN Sebastaensdr de Cruijff, ov. voor 1614, dr. van Sebastiaen Willemsz de Cruijff en Nellichgen Hubertsdr

                Uitvoerig beschreven in: C. van Schaik; Overlangbroek op de kaart gezet, blz. 584ev).

            Uit dit huw.:

1. Sebastiaen de Cruijff van Langelaer, geb. ca. 1583, brouwer te Amerongen en vanaf ca. 1608 moutmaker en korenkoper te Utrecht, tr. Utrecht 27-11-1608 Maria Jacobsdr van Asch

In 1620 wordt Hendrick Theuss als oom van Sebastiaen de Cruijff van Langelaer genoemd (Domarchief 1919-2; 23-03-1620).

4.? Jan Langelaer, tr. NN, volgt VIc

Van Jan Langelaer is geen patroniem bekend. Qua generatie zou hij het beste passen als Jan Matheusz van Langelaer. Het feit dat hij een dochter heeft die de bijzondere naam Engeltje heet geeft een aanwijzing dat zij vernoemd kan zijn naar haar tante Engel Egbert Florisdr van der Erve, de vrouw van Hendrick Matheusz van Langelaer, die ca. 1584 is overleden. Kortom, het bewijs is flinterdun, maar niet onmogelijk.

VIa

Gerrit Matheusz van Langelaer, ov. voor 1634, tr. Reijertje

                In een rekening van 1581/1588 wordt Gerrit Langeler vermeld (Staten Utrecht 937, 938).

In 1590 wordt Gerrit Matheusz van Langelaer van Dashorst vermeld in een tijnsrol (Staten Utrecht 364-2-29).

Uit dit huw.:

1. Matheus Gerritsz van Langelaer, volgt VIIa

2. Jan Gerritsz van Langelaer, volgt VIIb

3. Truijtgen Gerrits van Langelaer, tr. Claes Rijcksz (van Blotenburg)

                Claes Rijcksz is pachter van Klein Dashorst.

4. NN, tr. Gijsbert Jansz Bosch, wed. Aeltje Jans, geb. ca. 1565, ov. na 1632

In 1625 laten Gijsbert Jansz Bosch x Aeltgen Jans hun testament maken. Erfgenamen: hun twee kinderen, Jan Gijsbertsz Bosch en Aertgen Gijsberts Bosch, wed. Rijckt Petersz met drie onmondige kinderen (Recht. Arch. Scherpenzeel 1, fol. 16vo; 04-07-1625).

VIIa

Matheus Gerritsz van Langelaer, ov. voor 1628, tr. voor 1590 Ariaentje Sanders, ov. na 1629, dr. van Sander Marcelisz van Wolfswinckel

Lidm. Amersfoort 23-09-1620: Matheus van Langeler, op de Camp, ´doot´.

Lidm. Scherpenzeel 13-04-1628: Adriana Matheusen weduwe.

In 1629 wordt Ariaentje Sanders, wed. Matheus Gerritsz van Langelaer beleend na dode van haar neef Willem Jansz van Wolfswinckel met de tiend van Abbelaar onder Renswoude (Leenhof 102; 11-07-1629).

Uit dit huw.:

1. Gerrit Matheusz van Langelaer, tr. Geldermalsen (afk. Scherpenzeel 05/12/19-06-1617) Jacobje Jansen, dr. van Jan Rijcks (van Blotenburg), van Geldermalsen

                In 1648 woont Gerrit Matheusz van Langelaer in de Betuwe.

            Uit dit huw.:

            1. Matheus Gerritsz van Langelaer, tr. Anna Wessels

In 1657 woont Anna Wessels, wed. Matheus Gerritsz van Langelaer in Veenendaal (Not. R002a001; 19-10-1657)

2. Sander Matheusz van Langelaer, lakenkoper te Veenendaal, tr. Maria Marcelisdr, ov. voor 1636

In 1636 laten Sander Matheusz van Langelaer en Maria Marcelisdr hun testament maken. Erfgenamen: zoon Willem en moeder Ariaentje Sanders (UT012a015; 24-09-1636).

            Uit dit huw.:

            1. Willem Sandersz van Langelaer

3. Adriaen Matheusz van Langelaer, ov. voor 1636, tr. Woudenberg (otr. Scherpenzeel 12-03-1615 Maria Fransdr van Triest, dr. van Frans Adriaensz van Triest en Jannigje Fransdr

In 1622 wordt Adriaen Matheusz van Langelaer beleend na dode van zijn vader met Groot Dashorst (Huis Amerongen 1177, fol. 55; 1622).

In 1649 eisen Adrijaen Matheusen van Langelaer en zijn zoon Matheus Adriaensz van Langelaer, als grootvader en oom de mombers van de twee onmonige kinderen opmaak van de boedel van zal. Reijertje Adriaens (Recht. Arch. Scherpenzeel 1, fol. 113; 27-03-1649).

            In 1654 machtigen Wilhem Adriaensz van Langelaer, won. Veenendaal, voor zichzelf; Gerrit Aertsz, won. Scherpenzeel; Cornelis Brantz en Jan Cornelis, beiden won. Renswoude, allen voor zichzelf en namens hun vrouwen; Aelbert van Santen, wed. Reyertgen Adriaens van Langelaer, als vader van twee onmondige kinderen; Anthonis van Hoeff, brouwer te Amersfoort (x Geurtje van Triest) en Johan Matheus van Langelaer, tegenwoordig absent, als mombers van Thonisgen en Adriaentgen, dochters van wijlen Adriaen Matheusz van Langelaer; Matheus Adriaensz van Langelaer; Cornelis Hendriksz Lam x Goortgen Adriaensz van Langelaer, won. Veenendaal. Allen erfgenamen van Adriaen Matheus van Langelaer x Mayken Fransdr van Trijest. Zij machtigen Matheus Adriaensz van Langelaer om voor het gerecht van Bunschoten twee dammaten land te verkopen aan Herbert Henricksz, voor 1200 gl. Zie ook fol. 45, 48 en 66. (AT007b003, f.33; 30-06-1654).

Uit dit huw.:

1. Matheus Adriaensz van Langelaer, otr. (1) Renswoude 25-10-1646 Dirckje Willems, van Veenendaal, tr. (2) Cornelisje Gijsberts van Wolfswinckel, dr. van Gijsbert Gerritsz van Wolfswinckel en Catharijne Cornelissen van Wolfswinckel, otr. (3) Rhenen 15-10-1671 Aeltje Hendricks, van Achterberg

                In 1656 woont Matheus Adriaensz van Langelaer in Stichts Veenendaal.

2. Willem Adriaensz van Langelaer, tr. Anna Jans

                 In 1656 woont Willem Adriaensz van Langelaer in Veenendaal.

3. Goortgen Adriaens van Langelaer, otr. Renswoude 17-12-1643 Cornelis Hendricksz Lam, wed. Jannigje Cornelisdr, van Nieuwvelt in Veenendaal, ov. voor 1656

In 1656 wordt Evertgen Adriaens van Langelaer, weduwe van Cornelis Henricksz Lam in Veenendaal als erfgename genoemd (Oud Recht. Archief Amersfoort 436-23; 22-04-1656).

4. Mijnsje Adriaens van Langelaer, ov. Renswoude 16-07-1673, tr. Cornelis Brandsz, op Groot Dashorst, ov. Renswoude 09-03-1674

                Lidm. reg. Renswoude 1649: Cornelis Brantsz en zijn vrouw.

                Lidm. reg. Renswoude 1652: Cornelis Brantse en Meijnsie Ariaents.

In 1656 koopt Cornelis Brandsz van Truijtje Adriaens van Langelaer haar 1/8 deel van Groot Dashorst (Not. Cornelis van Ingen, Amersfoort; 18-10-1656).

                Lidm. reg. Renswoude 1657: Cornelis Brantsen en Meijnsjen Adriaans.

In 1662 koopt Cornelis Brandsz van Matheus, Willem en Teunisje Adriaens van Langelaer hun 1/8 deel van Groot Dashorst (Dorpsgerecht Renswoude 1800, fol. 29ev; 1662).

                Lidm. reg. Renswoude 1669: Cornelis Brantsz en Meijnsjen Adriaens.

5. Truijtje Adriaens van Langelaer, tr. Jan Cornelisz Spickhorst Soene, ged. Scherpenzeel 05-09-1613, zn. van Cornelis Willemsz en Ariaengen Albertsen

                In 1656 wonen zij in Renswoude.

6. Trijntje Adriaens van Langelaer, tr. Gerrit Aertsz van Daatselaer

Lidm. reg.  Scherpenzeel 1657: Gerrit Aertsen en Triesien Ariaens van Langeler.

7. Teunisje Adriaens van Langelaer, tr. Rhenen 13-05-1655 Jan Willemsz (van de Schuer), wed. Jantje van Wijck

                               In 1656 wonen zij op de boerderij De Schuur onder Elst.

8. Reijertje Adriaens van Langelaer, ov. voor 1649, otr. Renswoude 1643 Aelbert Cornelisz van Santen, schoenmaker. Aelbert, tr. (2) Geertje Jacobs

In 1649 eisen Adrijaen Matheusen van Langelaer en zijn zoon Matheus Adriaensz van Langelaer, als grootvader en oom de mombers van de twee onmonige kinderen opmaak van de boedel van zal. Reijertje Adriaens (Recht. Arch. Scherpenzeel 1, fol. 113; 27-03-1649).

Twee kinderen uit het 1e huw., in 1656 nog onmondig.

9. Ariaentje Adriaens van Langelaer, tr. Leersum (otr. Scherpenzeel) 24-03-1667 Willem Hendricksz van Scherpenzeel

Lidm. Scherpenzeel Pasen 1660: Ariaentje Ariaens van Langeler, jd., met attestatie vertrokken naar Amersfoort.

Lidm. Amersfoort 25-12-1663: Ariaantien van Langeler, won. bij Jan Coppen, met attestatie van Utrecht.

4. Cornelis Matheusz van Langelaer, ov. voor 1648, tr. Scherpenzeel 14-02-1619 Woutertje Willems, van Emmikhuizen

In 1633 eist Cornelis Matheusen betaling van schulden van Willem Cornelisz (Recht. Arch. Scherpenzeel 1, fol. 48; 06-05-1633).

            Uit dit huw.:

1. Willempje Cornelissen van Langelaer, tr. Jacob Gerritsz van Blotenburg, ws. zn. van Gerrit Rijcksen Blotenburg en Araentgen Fransdr van Triest

                               Zij wonen op Vicariënerf in Leusbroek.

2. Woutertje Cornelissen van Langelaer, ov. Scherpenzeel 18-10-1673, tr. Wulfert Cornelissen van Groot Davelaer, smid. Wulfert Cornelissen, tr. (2) Scherpenzeel 25-04-1675 Jantje Morren, wed. Gerrit Bartsen, ov. Scherpenzeel 30-12-1689

                Lidm. Scherpenzeel Pinksteren 1659: Woutertien Cornelissen hv Wulfert, smit.

                Lidm. reg. Scherpenzeel 1673: Woutertje Cornelissen hv Wulfert Cornelissen, smit.

5. Reijertje Matheus van Langelaer, ov. voor 1649, tr. Rijck Gerritsz van Blotenburg

                Zij pachten Klein Geerestein.

6. Jannetje Matheus van Langelaer, ov. 1648, tr. Veenendaal okt. 1640 Jacob van Zijl

In 1648 worden haar erfgenamen genoemd. Dat zijn haar broers en zusters, dus zij hebben geen kinderen (AT007a002; 07-01-1648).

7. Willem Matheusz van Langelaer, in 1648 lakenkoper te Amersfoort, in 1653 lakenkoper in Woudenberg en in 1675 gerechtsbode te Woudenberg, tr. Jacquemine/Jacomina Anthonissen van Triest, dr. van Anthonis Fransz van Triest en Heiltje Cornelisdr

                In 1637 wordt Willem Matheuwsz van Langelair burger van Amersfoort (Stadsarchief 24, fol. 227vo-4; 22-05-1637).

Lidm. Amersfoort 09-04-1642: Willem van Langelaer, won. Crommestraet.

In 1642 koopt Willem Matheusz van Langelaer en Jacomina van Triest zijn vrouw een huis in de Langestraat tot achter in de straat tot de voorschreven kerk van Cornelis Lourensz en Jannitgen Jans (Transportregisters Amersfoort 436-19; 22-12-1642).

In 1653 is Willem Matheusz van Langelaer lakenkoper in Woudenberg (Not. R. van Ingen AT008 a001 fol. 68vo; 19-09-1653).

            Uit dit huw.:

            1. Mattheus Willemsz van Langelaer

            2. Jannichien Willems van Langelaer

In 1660 wordt er te Utrecht een procuratie gegeven om voor het gerecht van Woudenberg de helft van een huis, hof en hofstede met de helft van 6 scharen weide te transporteren ten behoeve van Mattheus Willemss van Langelaer en Jannichgen Willems van Langelaer, kinderen van Willem Mattheuss van Langelaer en Jacomina van Triest (Not. Utrecht, not. N. de Cruijff, U034a004; 20-04-1660).

8. Jan Matheusz van Langelaer, ov. Woudenberg 1662, tr. ca. 1648 Meijntje Everts, ged. Amersfoort 16-02-1616, dr. van Evert Lambertsz en Meintje/Weijmpgen Fransdr van Triest

In 1637 wordt Jan Matheusz van Langelaer beleend na dode van zijn moeder Adriana Sanders met de tiend van Abbelaer (Leenhof 103; 02-11-1637).

In 1660 verkoopt Jan Matheusz van Langelaer de tiend van Abbelaer aan Willem Lubbertsz van de Vliert (Leenhof 107; 08-01-1660).

In 1667 wonen Jan Matheusz van Langelaer en Meijntje/Weijmpgen Everts in Woudenberg (Oud Recht. Archief Amersfoort 436-26, fol. 36; 09-08-1667).

                Hun kinderen wonen en trouwen in Amersfoort en Amsterdam.

VIIb

Jan Gerritsz van Langelaer, tr. Adriaentje Fransdr van Triest, dr. van Frans Adriaensz van Triest en Jannigje Fransdr. Adriaentje, tr. (2) Gerrit Rijcksz (van Blotenburg), zn. van Rijck Cornelissen en Claesgen Dircks

In 1636 laten Jan Gerritsz van Langelaer en Adriaentje Fransdr van Triest hun testament maken. Hun zoon Gerrit Jansz van Langelaer is dan al overleden (AT002a003; 06-09-1636).

Lidm. Remonstrantse Gem. Amersfoort 24-09-1643: Adriaentien van Triest, tot Woudenberg.

Uit dit huw.:

1. Gerrit Jansz van Langelaer, ov. voor 1636, tr. NN

            Uit dit huw.:

1. Jan Gerritsz van Langelaer, ov. 1694, tr. Doorn 23-04-1676 Cornelia Dirks van Overeem, dr. van Dirk Helmertsz van Overeem en Evertje Huijberts

In 1675 is Jan Gerritsen Langelaer eigenaar van 21 morgen in Leusbroek (Familiegeld Leusbroek, 1675).

In 1675, 1688-1694 woont Jan Gerritsen Langelaer in Woudenberg. Van 1695-1705 zijn weduwe (Familiegeld Woudenberg, 1675).

In 1690 wordt Kornelia Dirks van Overeem beleend na dode van haar moeder Evertje Huijberts, wed. Dirk Helmertsz van Overeem met het erf ´t Voort (Leenhof 111, f. 14vo; 1690. Bel. Holevoet nr. 13c).

Lidm. reg. Woudenberg 1690: Jan Gerritsz Langelaar en Cnelisje Dirksz.

            Uit dit huw.:

1. Evertje Jans van Langelaer, tr. Woudenberg 08-04-1699 Dirk Jacobsz van de Haar, zn. van Jacob Dircksz van de Haar en Maatje Jans

2. Gerritje Jans van Langelaer, ov. Woudenberg 1769, tr. Woudenberg 26-05-1709 Willem Hendricksz van Geijtenbeeck, chirurgijn, ov. voor 1747, zn. van Hendrick Aertsz van Geijtenbeek en Dirkje Gerrits van Overeem

Lidm. Woudenberg ca. 1706: Gerrigje Janz van Langelaar.

Lidm. reg. Woudenberg 1746: Gerrigie Janz van Langelaar.

Lidm. reg. Woudenberg 1768: Gerrigie Janz van Langelaar.

In 1720 wordt Willem van Geijtenbeek x Gerrigje van Langelaar beleend na dode van haar moeder Cornelia Dirks van Overeem met het erf ´t Voort (Leenhof 114, f. 201; 1720. Bel. Holevoet nr. 13c).

In 1747 wordt Gerrigje van Langelaar beleend na dode van haar man Willem van Geijtenbeek met het erf ´t Voort (Leenhof 118, f. 33vo; 1747. Bel. Holevoet nr. 13c).

In 1771 wordt Jan van Geijtenbeek, enige nakomeling beleend na dode van zijn moeder Gerrigje van Langelaar met het erf ´t Voort (Leenhof 123, f. 179vo; 1771. Bel. Holevoet nr. 13c).

3. Fransje Jans van Langelaer, tr. Woudenberg 28-04-1720 Hendrick Dircksz Vermeulen, ged. Woudenberg 17-09-1693, zn. van Dirck Hendricksz Vermeulen en Ariaantje Gerrits van Geijtenbeek

Lidm. Woudenberg ca. 1706: Fransje Janz van Langelaar.

VIb

Hendrick Matheusz van Langelaer, geb. ca. 1550, tr. (1) Engel Egbert Florisdr van der Erve, tr. (2) de weduwe (met kinderen) van Cornelis Petersz

Nieuwenhuis veronderstelt dat deze familie vooralsnog niets met de familie Van Langelaar op Groot Dashorst te maken heeft. Hij ziet de oorsprong van de laatstgenoemde eerder vanaf het goed Langelaar onder Leersum. Daarvoor heeft hij nauwelijks bewijs. In 1470 komt daar ene Henrick Gerritsz voor als gebruiker. Dit zou dan de vader van Reijer van Langelaer moeten zijn. Zowel achternaam bij Henrick Gerritsz als de patroniem bij Reijer van Langelaer ontbreken. Ik acht het daarom waarschijnlijker dat de onderstaande twee families van dezelfde stamvader afstammen, d.w.z. dat Hendrick Matheusz van Langelaer een broer is van Gerrit Matheusz van Langelaer, er daardoor zoons van Matheus Gerritsz van Langelaer en Hendrickje Jans van Zijl

1550: Ith[em] van tguedt Langeler dat Egbert Florijsz. gebruijckt ind toebehoirt is aingemaeckt tot dreen steen anderhalff molder zaetlantsz. in als macken teen mijntander meer ind vertijen in den Weijertijende (Landontginning Barneveld, 1550).

1556: Egbert Floriss op Langeler II molder boickweits op de solder ende hondert vijmmen roggen, hondert vijmmen boickweits en viftich vijmmen haveren, ijder vijm schijeten ½ scepel allet ongeferlicken (Graantelling Barneveld, 1566).

Grote Kerk Scherpenzeel Grafsteen 10: (EG)BERT FLORIS VAN LANGEL(AER) ANNO 1584. Met wapen. Gezien de tekst op deze grafsteen mag worden aangenomen dan er inderdaad een “Egbert Florisdr” met een Langelaer is getrouwd. Dat kan alleen Hendrick Matheusz van Langelaer zijn.

In 1599 is Hendrik Theusz samen met de erven Aalbert Thonisz eigenaar van 5 morgen op Ekris (Oudschildgeld Woudenberg nr. 75).

Op 05-05-1589 koopt hij de boerderij ´t Vliet onder Woudenberg.

In 1599 is Henrick Matheuss borg bij de verkoop van de tiend van Bruijnhorst (D. van Wageningen, de tienden van St. Pieter te Utrecht, blz. 87).

Uit het 1e huw.:

1. Matheus Hendricksz van Langelaer, tr. Amersfoort 15-09-1598 Geertruijd Bartholomeusdr Bombazijnwerker, dr. van Bartholomeus Rijcksz en Haesgen Anthonis Pauwelsdr

                Bij zijn huw. heet hij Mateeus Henricksen, van Langelaer. Mogelijk woonde zijn ouders daar.

Zij wonen in Amersfoort en krijgen geen kinderen.

In 1629 laat Matheus van Langelaer zijn testament maken. Octrooi: 16-08-1625 hof van Utrecht. Erfgenamen: Marcelis, Cathrijntgen en Anneken Jans van Wolfswinkel, kinderen van zijn halfzuster Maijken; zijn halve broers Cornelis Henricksz, Engel Henricksz en Henrick Henricksz. Cathrijntgen en Anneken Jans van Wolfswinkel krijgen de helft van Donckelaer dat hij erfde van zijn vader en het 16e deel dat hij zelf aankocht  (Not. J. van Ingen AT002a003 fol. 81-82vo; 06-02-1629).

Uit het 2e huw.:

2. Maaijke/Marritgen Hendricks van Langelaer, ov. voor 1629, tr. Jan Marcelisz (van Wolfswinckel), zn. van Marcelis Sandersz en Heijltje Aarts van Wageningen

In 1606 wordt Cornelis Sanderssen, oom en momber van de onmondige Johan Mercelissen beleend na dode van zijn vader Mercelis Sanderssen met de helft van Wolffswijnckell (Leenboek Huis Scherpenzeel 141 fol. 97; 10-08-1606).

In 1625 wordt Jan Marcelisz x Marrijtgen Henricks beleend met een zevende deel van Wolffswinckel. Octrooi om te testeren. Na hun dood zullen de kinderen ieder een gelijk deel erven met dien verstande dat de oudste f 25,= extra krijgt (Leenboek Huis Scherpenzeel 141 fol. 157vo; 26-07-1625).

In 1630 wordt Jan Marselissen beleend na dode van zijn vader Marselis Sandersen met de helft van Wolffswijnckel (Leenboek Huis Scherpenzeel 141 fol. 184vo; 10-09-1630).

3. Cornelis Hendricks van Langelaer, volgt VIIc

4. Engel Hendricks van Langelaer, ov. voor 1640, ws. ongehuwd

5. Hendrick Hendricks van Langelaer, ov. voor 1651, tr. NN

                Woont in 1628 in Lunteren en heeft in 1651 kinderen.

VIIc

Cornelis Hendricksz van Langelaer, tr. Jannetje Evertsdr, op ´t Vliet

In 1627 wordt Cornelis Hendricksz van Langelaer beleend na dode van zijn vader met ´t Vliet (Huis Amerongen 1181, fol. 52; 01-08-1627 en Domarchief 2414; 19-01-1644).

Uit dit huw.:

1. Gerrit Cornelissen van Langelaer, volgt VIIIa

2. Evert Cornelissen van Langelaer, ov. 1660-1675, ws. ongehuwd

3. Maijtje Cornelissen van Langelaer, ov. Scherpenzeel 25-01-1683, tr. Aelbert Rijcksz (van Schaick), ov. Scherpenzeel 11-09-1707, zn. van Rijck Aelbertsz (van Schaick) en Gerritje Jans

In 1696 verkopen Aelbert Rijcksz en Maijtje Cornelissen van Langelaer 2/5 deel van ´t Vliet aan Willem Geurtsz (neef, tantezegger) (Not. Veenendaal V002a003; 27-01-1696 en 20-02-1696).

4. Geurt Cornelissen van Langelaer, volgt VIIIb

5. Jan Cornelissen van Langelaer, ov. voor 1692, ongehuwd

In 1675 wordt Jan Cornelis, jm. genoemd met een meid en knecht. Hij woont op ´t Vliet (Huisgezinnen Woudenberg, nr. 79).

6. Trijntje Cornelissen van Langelaer, ov. voor 1692, ws. ongehuwd

In 1665 laat Trijntje Cornelissen van Langelaer haar testament maken. Haar broer Jan heeft recht van eerste koop van haar landerijen en zij legateert geld op Trijntje en Cornelis, kinderen van haar broer Geurt (AT010a001; 10/23-06-1665).

7. Gijsbertje Cornelissen van Langelaer, tr. Frans Willemsz

VIIIa

Gerrit Cornelissen van Langelaer, ov. voor 1670, tr. Rijkje Willems

                Lidm. Scherpenzeel Pasen 1659: Gerrit Cornelissen  en Rijckien Willems, op den Hoopen.

                Lidm. reg. Scherpenzeel 1673: Rijckje Willems, wed. Gerrit Cornelissen, op den Hoopen.

In 1666 wordt Gerrit Cornelissen van Langelaer mede namens broers en zusters beleend met ´t Vliet (Huis Amerongen 1181; 24-02-1666).

Gote Kerk Scherpenzeel graf nr. 64: GERRIT CORNELISE VAN LANGEL.. ANNO…

In 1670 verzoekt Rijcktgen Wijllems, weduwe van Gerrit Cornelijssen van Langelaer, geassisteerd door haar zoon Hendrijck Gerritsen van Langelaer om te mogen procederen tegen Cornelijs Jansen van Ebbenhoerst. Cornelis heeft beslag gelegd op haar goederen wegens achterstallige betaling van rente uit een lening van f 200,= (Huis Scherpenzeel, Leenboek 142:45vo; 18-04-1670).

Uit dit huw.:

1. Onbekend, ws. Jannetje Gerrits, ged. Scherpenzeel 25-05-1640, op den Hopen, otr. Scherpenzeel 15-01-1660 Mees Petersz, op de Vliert, ov. Scherpenzeel 25-01-1702, zn. van Peter Meessen

2. Onbekend, ws. Mettien Gerrits, ged. Scherpenzeel 10-03-1644, op den Hopen, otr. Scherpenzeel 21-08-1670 Jan Hendricksen van Hamersveld, op Droffelaer

                In 1663 genoemd in de lijst van schenkers van de kroonluchter aan de Grote kerk in Scherpenzeel.

                Lidm. Scherpenzeel 20-04-1671: Mettien Gerritsen van Langelaer, op Droffeler.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1673: Metje Gerritsen van Langelaer hv Jan Hendricksen, op Druffelaer, met attestatie vertrokken naar Hoevelaken 1717.

3. Hendrick Gerritsz van Langelaer, won. op Den Hoopen, tr. (1) Scherpenzeel 06-03-1670 Anneken Willemsen van de Vliert, ged. Scherpenzeel 05-11-1659, dr. van Willem Lubbertsz van de Vliert en Teuntje Wouters, tr. (2) Scherpenzeel 05-04-1674 Gijsbertje Jans, dr. van Jan Hendricksz Coopal en Reyertje Helmerts. Gijsbertje Jans, tr. (2) Scherpenzeel 15-04-1683 Gerrit Hendricks van Ginckel, won. op den Hoopen.

                In 1663 genoemd in de lijst van schenkers van de kroonluchter aan de Grote kerk in Scherpenzeel.

Lidm. Scherpenzeel Pasen 1667: Anneken Willems van de Vliert, jd.

In 1680 verkopen de erfgenamen van Jan Hendricksz Coopal en Henrick Gerritsz x Ghijsbertje Jans ¼ deel van de Rietertiend aan Cornelis Hendriksz en Jannetje Jans, won. Hamersveld (Recht. Arch.

Leusden 1156; 11-07-1680).

In 1680 is Hendrick Gerritsen van Langelaer gebruiker van een stukje land genaamd Den Heethorst met de keut, eigenaar Willem Lubbertsen van de Vliert (Huis Scherpenzeel 44; 16-04-1680).

4. Willem Gerritsz van Langelaer, won. op Den Hoopen, ov. Scherpenzeel 16-11-1673, tr. Scherpenzeel 23-11-1662 Aertien Barten, wed. Willem Petersen, ov. Scherpenzeel 30-11-1673

                Lidm. reg. Scherpenzeel 1657: Willem Petersen en Aeltien Barten.

                Lidm. Scherpenzeel Kerst 1662: Willem Gerritsen van Langelaer.

                Lidm. reg. Scherpenzeel 1673: Willem Gerritsen van Langelaer en Aertje Barten.

Uit dit huw.:

1. Willem Willemsz van Langelaer, ged. Scherpenzeel 24-01-1664, ws. jong ov.

5. Cornelis Gerritsz van Langelaer, ov. voor 1728, tr. Evertje Gijsberts Thins, begr. Amersfoort 20-02-1755

In 1728 wordt een “seekere vierel lands, gelegen aan de Hogeweg, tussen de Tweedesteeg en Derdesteeg, langst in huure gebruijkt geweest bij Evertje Gijsberts, weduwe van Cornelis Gerritsen” verkocht (Stadsgerecht Amersfoort 436-33, fol. 148; 09-08-1728).

In 1738 verkoopt Evertje Gijsberts, weduwe van Cornelis Gerritsen van Langelaar een huis met hofje daarachter in de Bredesteeg aan Anthonij van Kalkar, bombazijde werker en burger (Stadsgerecht Amersfoort 436-35, fol. 48; 13-01-1738).

In 1742 verkoopt Evertje Gijsberts Thiens, weduwe van Cornelis Gerritsen van Langelaar de helft van ’n huis, en schuur annex, met de hof erachter en gebruik van de pomp, in de Teut aan Johannes van Kempen en zijn vrouw (Stadsgerecht Amersfoort 436-35, fol. 237vo; 14-12-1742).

Uit dit huw.:

1. Johannes Cornelisz van Langelaar, tr. Scherpenzeel (otr. Doorn) 23-02-1721 Maagje Cornelissen van Scherpenzeel

Uit dit huw.:

1. Fransje Hannesen van Langelaar, ged. Woudenberg 12-04-1721, tr. Doorn 17-11-1748 Gerrit Jacobsz van den Berg,uit het Veen, won. Maarsbergen

2. Willem Hannesen van Langelaar, ged. Woudenberg 30-03-1727, get. Willemijntje Ar..

3. Evertje Hannesen van Langelaar, ged. Woudenberg 15-06-1732, get. Gerrigje Teunissen

4. Cornelia Hannesen van Langelaar, ged. Woudenberg 12-02-1736, get. Marritje Ariens

5. Maria Hannesen van Langelaar, ged. Woudenberg 01-03-1739, get. Gerrtije Hendriks

2. Jannigje Cornelissen van Langelaar, uit de Maarsbergse Meent, otr. Doorn 17-02-1720 Arien Willemsen, van Maarbergen

3. Aaltje Cornelissen van Langelaar, tr. Woudenberg 11-12-1718 Teunis Cornelisz van Holten

 

VIIIb

Geurt Cornelissen van Langelaer, soone van ´t Vliedt, ov. 1675-1696, tr. Aeltjen Rijcx, ov. voor 1675, dr. van Rijck Aelbertsz (van Schaick) en Gerritje Jans

Huurder van het Tweede Broek onder Woudenberg.

In 1675 Wordt Geurt Cornelisz genoemd als weduwnaar met 5 kinderen (Huisgezinnen Woudenberg, nr. 82).

Uit dit huw.:

1. Jannitgen Geurts van Langelaer, ged. Scherpenzeel 03-12-1656, op ´t Broeck, tr. (1) Scherpenzeel 31-07-1681 Teunis Hendricksen van Colfschoten, wed. Teuntje Cornelissen, ged. Scherpenzeel 17-08-1651, zn. van Henrick van Colfschoten, tr. (2) Amerongen 23-07-1702 Helmert Gijsbertsz van Woudenberg

2. Rijckien Geurts van Langelaer, ged. Scherpenzeel 10-10-1658, op ´t Broeck

3. Onbekend, ws. Willem Geurtsz van Langelaer, ged. Scherpenzeel 17-02-1661, op het Broeck, volgt IXa

4. Trijntje Geurtsz van Langelaer, van ´t Broeck, tr. Scherpenzeel 10-01-1686 Teunis Jansen Visch, van Ginckel

5. Cornelis Geurtsz van Langelaer, ged. Scherpenzeel 19-02-1665, jong ov.

6. Cornelis Geurtsz/Gerritsz van Langelaer, ged. Scherpenzeel 09-06-1667, op het Broeck

In 1696 eist Christoffel Bouwmeijster namens Aelbert Rijcksen, op Schaijck betaling van de onkosten van Cornelis Geurtsen van Langelaer uit Woudenberg, zoon van zal. Geurt Cornelissen van Langelaer, borg: Franck Wulphertsen, smid, wegens het proces tegen Huijbert Jaspersen van Schaijck, Jasper van Schaijck en Hendrick van der Does voor het Hof van Gelderland d.d. 20-10-1696 (Recht. Arch. Scherpenzeel 4;16-06-1696).

IXa

Willem Geurtsz van Langelaer ws. ged. Scherpenzeel 17-02-1661, op ´t Broeck, tr. Scherpenzeel 27-12-1685 Evertje Cornelissen van de Leeuwerickepol, won. Ginckel

In 1696 verkopen Aelbert Rijcksz en Maijtje Cornelissen van Langelaer 2/5 deel van ´t Vliet aan Willem Geurtsz (neef, tantezegger) (Not. Veenendaal V002a003; 27-01-1696 en 20-02-1696).

In de loop der jaren wordt Willem Geurtsz van Langelaer eigenaar van ´t Vliet (Huis Amerongen 1184; 05-12-1692, 21-02-1696, 20-11-1698).

                Lidm. Scherpenzeel 31-03-1709: Willem Geeurtsen en Evertje Cornelissen, op ´t Vliet.

                Lidm. reg. Scherpenzeel 1715: Willem Geurtsen en Evertje Cornelissen, op ´t Vliet.

Uit dit huw.:

1. Aeltje Willemsen van Langelaer, ged. Scherpenzeel 03-10-1686, op ´t Vliedt, ov. Scherpenzeel 06-11-1775, tr. Woudenberg 18-09-1718 Antonij Willemsen van Renes, ged. Scherpenzeel 05-04-1685, ov. 1744/1745, zn. van Willem Antonissen Renes en Marijtje Meintsen

Lidm. Scherpenzeel 27-03-1712: Antonij Willemsen van Renes, jm.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1715: Antonij Willemsen van Renes, jm.

Lidm. Scherpenzeel 11-10-1716: Aeltje Willems van Langelaar, jd, op ´t Vliedt.

In 1717, 1718, 1723, 1724, 1729, 1730 is Anthonij Willemsen van Renes ouderling van de Grote Kerk in Scherpenzeel.

In 1724 wordt Anthony Willemsz van Renes na dode van zijn vader beleend met een huis en hofstede aan de Holevoet (Huis Amerongen 1186, fol. 16vo; 11-09-1724).

In 1724 wordt Anthony Willemsz van Renes na dode van zijn vader beleend met een huis en hofstede aan de Holevoet (Huis Amerongen 1186, fol. 17; 11-09-1724).

In 1725 koopt Anthony Willemsz van Renes van Hendrik Gosensz een kamp land van het erf Coudijs, 1 1/2 morgen groot (Huis Amerongen 1186, fol. 35; 28-02-1725).

In 1727 wordt Anthony Willemsz van Renes beleend 1 1/2 morgen van het erf Coudijs, op 28-02-1725 gekocht van Hendrick Goosensz (Huis Amerongen 1186, fol. 35; 11-11-1727).

In 1730 wordt Anthony Willemsz van Renes genoemd als ´oud schepen van Woudenberg´ als getuige bij een testament (Recht. Arch. Scherpenzeel 1728-1763; 20-10-1730).

In 1730 eist met gels van Anthony Willemsz van Renes x Aaltje Willems (Recht. Arch. Scherpenzeel 1728-1763; 14-10-1744).

Lidm. reg. Scherpenzeel 1771, 1772-1774: Aeltje (Willems van Langelaar) wed. Renes.

Van 1717-1718 is Antonij Willemsz van Renes diaken in de Grote Kerk te Scherpenzeel.

In 1745 en 1775 is de weduwe Anthony van Rhenes eigenaresse van 3 hont land aan de Holevoet In 1745 gebruikt zij die zelf, in 1775 haar zoon Willem Geurt (Oudschildgeld Woudenberg nr. 60).

2. Geurtje Willemsen van Langelaer, ged. Scherpenzeel 12-02-1688, op ´t Vliedt, won. ´t Vliet, tr. (1) Scherpenzeel (otr. Woudenberg) 26-10-1710 Gijsbert Otten, wed. Arisje Hendricks van Kleijn Landaes, ged. Scherpenzeel 11-03-1677, ov. voor 1727, zn. van Oth Gijsbertsz en Evertje Jacobs van Meerveld, tr. (2) Scherpenzeel 08-04-1716 Geurt Brantsen, van Kallenbroek, ged. Barneveld 17-02-1684, zn. van Brant Willemsen en Jannetje Cornelissen

3. Cornelis Willemsen van Langelaer, ged. Scherpenzeel 23-02-1690, op ´t Vliedt

4. Anna Willemsen van Langelaer, ged. Scherpenzeel 24-04-1692, op ´t Vliedt

5. Geurt Willemsen van Langelaer, ged. Scherpenzeel 13-05-1694, op ´t Vliedt, volgt X

6. Jantje Willemsen van Langelaer, ged. Scherpenzeel 27-09-1696, op ´t Vliedt

7. Gerritje Willemsen van Langelaer, ged. Scherpenzeel 11-06-1699, op ´t Vliedt, otr. Scherpenzeel 23-09-1730 Willem Woutersz, wed. Johanna van Nieukerk

8. Evert Willemsen van Langelaer, ged. Scherpenzeel 26-12-1703, op ´t Vliedt

X

Geurt Willemsen van Langelaer, ged. Scherpenzeel 13-05-1694, op ´t Vliet, tr. Renswoude 04-05-1732 Judith Gijsberts van Methorst, ged. Renswoude 09-09-1708, dr. van Gijsbert Roelofsz van Methorst en Aaltje Cornelissen van Aarderoort

Uit dit huw.:

1. Willem Geurtsz van Langelaar, ged. Scherpenzeel 18-01-1733, op het Vliet

2. Aaltje Geurts van Langelaar, ged. Scherpenzeel 09-05-1734, op het Vlied

3. Aaltje Geurts van Langelaar, ged. Scherpenzeel 03-04-1743, op het Vliedt

4. Gijsbert Geurtsz van Langelaar, ged. Scherpenzeel 10-01-1745, op ´t Vliet in ´t Stight, volgt XI

5. Evertje Geurts van Langelaar, ged. Scherpenzeel 13-08-1747, op het Vliedt in ´t Stight

XI

Gijsbert Geurtsz van Langelaar, ged. Scherpenzeel 10-01-1745, op ´t Vliet, begr. Scherpenzeel 25-11-1797, tr. (1) Woudenberg 25-01-1767 Geertje Hermens van Ginkel, ged. Woudenberg 26-05-1743, ov. Woudenberg 19-03-1774, dr. van Hermen Jansz van Ginkel en Aaltje Thonen Lagerweij, tr. (2) Woudenberg 10-04-1774 Teunisje Jans van Doorn, ged. Scherpenzeel 05-10-1749, op Koudijs, begr. Scherpenzeel 14-04-1791, dr. van Jan Jansz van Doorn en Gijsbertje Jans van Doorn

Uit het 1e huw.:

1. Aaltje van Langelaar, ged. Woudenberg 26-11-1767, get. Martje Hermens van Ginkel

2. Geurt van Langelaar, ged. Woudenberg 06-05-1770, get. Marritje van Ginkel, ov. op ´t Vliet, begr. Scherpenzeel 07-06-1788

Uit het 2e huw.:

3. Geertje van Langelaar, ged. Woudenberg 27-11-1774, get. Aaltje Gerrits Pothoven, ov. Renswoude 15-01-1814, tr. Woudenberg 10-03-1793 Rijk Jansz van Egdom, geb. Leusden op Klein Donkelaar, ged. Scherpenzeel 21-06-1767, ov. Renswoude 22-09-1811, begr. Scherpenzeel 26-09-1811, zn. van Jan Rijks van Egdom en Derkje Tijssen

                Lidm. Renswoude 1810: Geertje Langelaar.

4. Gijsbertje van Langelaar, ged. Woudenberg 26-01-1777, get. Willempje Jans van Doorn, ov. Woudenberg 15-03-1809

5. Judith van Langelaar, ged. Woudenberg 20-09-1778, get. Willempje Jans van Doorn, ov. Renswoude 09-06-1848, tr. 18-05-1800 Jan Breunissen van Wolfswinkel, ged. Woudenberg 03-05-1778, ov. Renswoude 10-03-1818, zn. van Breunis Wolfswinkel en Willemijntje van Leusden

                Lidm. Renswoude 15-03-1802: Judith Gijsbertsen van Langelaar.

6. Jan van Langelaar, ged. Woudenberg 19-03-1780, get. Willempje Jans van Doorn, ov. Leersum 14-04-1854, tr. Renswoude 07-08-1835 Gijsbertje Jacobse Meerveld, geb. Veenendaal 24-10-1784, ov. Renswoude 05-04-1847, dr. van Brand Jacobse en Letje Bouwman

                Lidm. Renswoude 14-03-1806: Jan van Langelaar.

7. Willem van Langelaar, ged. Woudenberg 16-12-1781, get. Willempje Jans van Doorn, ov. Renswoude 03-01-1844, tr. Renswoude 29-08-1822 Aaltje van Doorn, ged. Leersum 23-09-1798, ov. Scherpenzeel 13-04-1851, dr. van Jacob Jansz van Doorn en Teunisje Errissen Floor

            Uit dit huw.:

            1. Gijsbert Langelaar, geb. Renswoude 30-12-1822, ov. Renswoude 09-04-1824

2. Gijsje Langelaar, geb. Renswoude 12-01-1825, ov. Weesp (won. Oudewater) 08-03-1898, tr. Renswoude 12-04-1845 Gerrit van Kooten, geb. Veenendaal 1816, zn. van Evert van Kooten en Barendina van de Bruinhorst

            3. Teunisje Langelaar, geb. Renswoude 08-09-1826, ov. Renswoude 07-06-1837

            4. Tonia Langelaar, geb. Renswoude 08-12-1828

5. Gijsbert Langelaar, geb. Renswoude 27-06-1831, ov. Rhenen 21-08-1868, tr. Amerongen 25-04-1857 Lena van Westrhenen, geb. Amerongen 13-04-1832, dr. van Jan van Westrhenen en Geertje Navis

6. Jacoba Langelaar, geb. Renswoude 18-05-1834, ov. Montfoort 18-06-1866, tr. Leersum 04-06-1857 Jacob van Kooten, geb. Montfoort 1827, zn. van Jan van Kooten en Antonia Sterkenburg

            7. Jan Langelaar, geb. Renswoude 03-02-1837

8. Aaltje van Langelaar, geb./ged. Woudenberg 03/31-08-1783

9. Evertje van Langelaar, geb./ged. Woudenberg 30-06/24-07-1785, ov. Leersum 05-08-1825, tr. Leersum 07-08-1813, Arie Versteegh, geb. Amsterdam 1784, zn. van Pieter Versteegh en Hilletie Tiden

10. Jacob van Langelaar, geb./ged. Woudenberg 16-09/07-10-1787, ov. Bunschoten (ingeschr. te Leersum) 20-07-1870, tr. Renswoude 14-06-1817 Gerarda Hendriks, geb. Utrecht 1787, ov. Leersum 08-08-1843, dr. van Hendrik Hendriks en Wilhelmina van den Broek

            Uit dit huw.:

1. Gijsbert van Langelaar, geb. Renswoude 19-07-1817, tr. Leersum 26-04-1844 Roelofje Knopper, geb. Leersum 1822, dr. van Teunis Knopper en Roelofje van den Broek

            2. Judik Langelaar, geb. Renswoude 30-01-1819

3. Wilhelmina Alida Langelaar, geb. Renswoude 13-01-1821, tr. Den Haag 07-07-1841 Willem Frederik Wolffensperger, geb. Den Haag 1820, zn. van Coenraad Wolffensperger en Catharina Angeniet Meijer

4. Jacob Langelaar, geb. Renswoude 11-05-1823, wolkammer, koopman, ov. Geldermalsen 15-05-1910, tr. (1) Geldermalsen 12-09-1857 Dilia van Lakerveld, geb. Deil 1825, dr. van Nicolaas van Lakerveld en Adriana Gravestein, tr. (2) Geldermalsen 23-08-1890 Catharina Anthonia Smits, geb. Hoogeveen 1839, dr. van Jan Smit en Hermina Padding

5. Anthonie Langelaar, geb. Renswoude 07-05-1826, voerman, vrachtrijder, ov. Respelhoek (Borculo) 16-10-1884, tr. Wageningen 22-07-1859 Meggelina Petronella Willemsen, geb. Wageningen 1834, dr. van Evert Willemsen en Aaltje Mekking

6. Gerhardus Langelaar, geb. Zaltbommel 1830, rijksveldwachter, ov. Doorn 08-03-1904, tr. Hoevelaken 14-10-1857 Teunisje Heinen, geb. Hoevelaken 1823, dr. van Jan Heinen en Janna van ´t Hof

VIc

Jan Langelaer, tr. NN

Van Jan Langelaer is geen patroniem bekend. Qua generatie zou hij het beste passen als Jan Matheusz van Langelaer. Het feit dat hij een dochter heeft die Engeltje heet geeft een aanwijzing dat zij vernoemd kan zijn naar haar tante Engel Egbert Florisdr van der Erve, die ca. 1584 is overleden. Kortom, het bewijs is flinterdun, maar niet onmogelijk.

Uit dit huw.:

1. Cornelis Jansz Ouwen Langelaer, geb. ca. 1580, ov. 1642-1643, tr. Aertgen

In 1635 eist Cornelis Jansz Langelaer betaling van f 58,= huur van Gijsbert Egbertsz (van Langelaer) voor vier jaar huur van Burgstede (gelegen tegen de boerderij Langelaer) (Recht. Arch. Scherpenzeel 2, fol. 26ev; 27-04-1635; 15-06-1635; 12-10-1635; 09-11-1635).

In 1635 eist Willem Thonisz, op Kolfschoten betaling van een obligatie van f 51-5-. van Cornelis Jansz Ouwenlangelaer. Borg: Jan Gerritsz van Schaick (Recht. Arch. Scherpenzeel 1, fol. 57vo en 2 fol. 32vo; 27-07-1635).

In 1642 klaagt Cornelis Jansz Ouwen Langelaer de kinderen van zal. Jorden Thonisz aan (Recht. Arch. Scherpenzeel 2, fol. 144,146; 01-08-1642, 22-08-1642).

In 1642 eist Cornelis Jansz Ouwen Langelaer betaling van een obligatie van f 105,= en f 18,= voor geleverde bijen van Jan Gerritsz van Schaick (Recht. Arch. Scherpenzeel 2, fol. 144; 01-08-1642, nr. 1, fol. 96vo; 22-08-1642).

In 1643 is Roeloff Sarren/Sanders, op ’t Willer borg voor de erfgenamen van zal. Jorden Thonisz. samen met Cornelis Cornelisz Jongelangelaer erfgenamen van zal. Cornelis Jansz Ouwenlangelaer, erfhuis. (Recht. Arch. Scherpenzeel 1 fol. 99vo; 19-03-1643. Na fol. 99vo; na 17-04-1643).

2. Cornelis Jansz Jonge Langelaer, geb. ca. 1585, volgt VIId

3. Engelgen Jans Langelaer, geb. ca. 1590, tr. Jorden Thonisz, geb. ca 1585, ov. voor 1642, zn. van Anthonis Petersz en Marigen Jordensdr

In 1636 wordt Jorden Thonisz voor het gerecht gedaagd voor het betalen van 4 gl. 10 st. loon aan Gijsbert Egbertsz. Borg: Cornelis Jansz, zwager (Recht. Arch. Scherpenzeel 2, f. 42-48vo; 25-01/21-03-1636).

In 1643 is Roeloff Sarren/Sanders, op ’t Willer borg voor de erfgenamen van zal. Jorden Thonisz. samen met Cornelis Cornelisz Jongelangelaer erfgenamen van zal. Cornelis Jansz Ouwenlangelaer, erfhuis (Recht. Arch. Scherpenzeel 1 fol. 99vo; 19-03-1643. Na fol. 99vo; na 17-04-1643).

Uit dit huw.:

1. Aeltgen Jordens, ged. Scherpenzeel 21-02-1611, getuige: Cornelis Jansen

2. Toenis Jordensz, ged. Scherpenzeel 01-05-1614

3. onbekend, ged. Scherpenzeel 28-04-1616

4. onbekend, ged. Scherpenzeel 15-03-1618

5. Jacob Jordensz, tr. Willempgen Hendriks. Willemtgen, won. Snorrenhoef, otr. (2) Leusden (gerecht) 14-10-1669 Gerrit Adriaensz, won. Stoutenburg, zn. van Adriaen Thonisz

VIId

Cornelis Jansz Jonge Langelaer, geb. ca. 1585, ov. na 1643, tr. NN

In 1643 is Roeloff Sarren/Sanders, op ’t Willer borg voor de erfgenamen van zal. Jorden Thonisz. samen met Cornelis Cornelisz Jongelangelaer erfgenamen van zal. Cornelis Jansz Ouwenlangelaer, erfhuis. (Recht. Arch. Scherpenzeel 1 fol. 99vo; 19-03-1643. Na fol. 99vo; na 17-04-1643).

Uit dit huw.:

1. Jan Cornelisz Langelaer, volgt VIIIc

2. Cornelis Cornelisz Jongelangelaer, geb. ca. 1615, volgt VIIId

VIIIc

Jan Cornelisz Langelaer, geb. ca. 1620, molenaar, ov. voor 1684, tr. Aeltgen Thijs Voskuijlen, dr. van Thijs Theunisz en Jannitje Jans

In 1653 en 1655 is Jan Corneliss, molenaer borg bij de verkoop van de tiend van Hondenhorst, Groot Davelaer en Groot Landaes (D. van Wageningen, de tienden van St. Pieter te Utrecht, blz. 26, 30, 32).

In 1654, 1655 en 1656 koopt Jan Corneliss, molenaer de tiend van Klein Lambalgen, 1656 de tiend van Bruijnhorst en in 1656 de tiend van Romselaer (D. van Wageningen, de tienden van St. Pieter te Utrecht, blz. 31, 37, 40).

In 1653 wordt Jan Cornelisz, molenaer genoemd in het Slaperdijksgeld onder De Achterstraet (A.F.M. Reichgelt; Slaperdijksgeld Woudenberg, Leusden cs, Renswoude, blz. 7).

In 1657 eist Jan Cornelisz, molenaar betaling van 3 gl. van Sander Aerrisz, op de Poll (Recht. Arch. Scherpenzeel 3; 11-10-1657 en 14-03-1659).

In 1668 woont Jan Cornelisz, de mulder en van 1677-1692 Jan Cornelisz, den olden muller (en zijn weduwe) in huis Sectie D 339,340 (kadaster 1832) Westeinde zuidzijde.

In 1675 wordt Jan Mulder genoemd met twee meerderjarige en vijf minderjarige kinderen Hij woont aan de Holevoet bij de Scherpenzeelse molen (Huisgezinnen Woudenberg, nr. 121).

In 1681 laten Jan Cornelisz Langelaer x Aeltjen Thijs van Voscuijlen, won. bij Scherpenzeel onder Woudenberg hun testament op de langstlevende maken. Octrooi om te testeren; 25-05-1681 Zij bezitten een huis in Gelderland, tijdens het huwelijk gekocht. Hun oudste zoon Thijs Jansz Langelaer krijgt zijn legitieme portie, waartoe ook gerekend moet worden wat hij reeds heeft genoten en zijn portie in hun huis in Gelderland. Van wat over mocht schieten prelegateren zij aan Thonis en Geertje Jans van Langelaer, hun twee jongste kinderen, ieder voor de helft. Hun erfgenamen, in gelijke porties: hun zonen Cornelis, Willem, en Thonis Jansz Langelaer en hun dochters Jannitgen en Geertgen Jans Langelaer. Mombers hun zonen Cornelis en Willem Jansz Langelaer (AT015a004; 24-05-1681).

In 1684 koopt Aeltje Thijssen van Voskuijlen, wed. Jan Cornelissen Langelaar een kamp land in Lambalgen bij Scherpenzeel onder Woudenberg. Haar zoons Willem en Cornelis worden er mee beleend (Huis Amerongen 1183; 16-10-1684. Bel. Holevoet nr. 42)

Uit dit huw.:

1. Thijs Jansz van Langelaer, tr. Barneveld (otr. Scherpenzeel) 09-07-1676 Marrijtje Teunissen, wed. Gerrit Evertsen, van Barneveld

In 1663 schenkt Jannetien, dochter en Tijs, zoon van Jan Cornelissen Meulenaer ieder f 2-10 voor een kroonluchter voor de kerk (Archief Grote Kerk 1; 22-01-1663).

In 1696  wordt Faes Cornelisz beleend na koop van Geertje Jans van Langelaer voor de helft, Jantje Jans van Langelaer voor een vierde, de kinderen van Thijs Jansz van Langelaer, geassisteerd door hun oom Willem Jansz van Langelaer voor een vierde van een kamp land in Lambalgen (Huis Amerongen 1185; 12vo; 16-04-1696. Bel. Holevoet nr. 42).

2. Cornelis Jansz van Langelaer

In 1684 koopt Aeltje Thijssen van Voskuijlen, wed. Jan Cornelissen Langelaar een kamp land in Lambalgen bij Scherpenzeel onder Woudenberg. Haar zoons Willem en Cornelis worden er mee beleend (Huis Amerongen 1183; 16-10-1684. Bel. Holevoet nr. 42)

In 1696 wordt Geertje Jans van Langelaer na magescheid beleend met een kamp land in Lambalgen bij Scherpenzeel onder Woudenberg die in 1684 ten onrechte beleend werd op haar broers Willem en Cornelis in plaats van de gezamenlijke erven (Huis Amerongen 1185; 11vo; 16-03-1696. Bel. Holevoet nr. 42)

3. Willem Jansz van Langelaer

In 1684 koopt Aeltje Thijssen van Voskuijlen, wed. Jan Cornelissen Langelaar een kamp land in Lambalgen bij Scherpenzeel onder Woudenberg. Haar zoons Willem en Cornelis worden er mee beleend (Huis Amerongen 1183; 16-10-1684. Bel. Holevoet nr. 42)

In 1696 wordt Geertje Jans van Langelaer na magescheid beleend met een kamp land in Lambalgen bij Scherpenzeel onder Woudenberg die in 1684 ten onrechte beleend werd op haar broers Willem en ornelis in plaats van de gezamenlijke erven (Huis Amerongen 1185; 11vo; 16-03-1696. Bel. Holevoet

nr. 42)

Lidm. Scherpenzeel 01-10-1693: Willem Jansen van Langelaer, jm.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1715: Willem Jansen van Langelaer, jm, met attestatie vertrokken naar Bredevoort 1723.

4. Jannitje Jans van Langelaer, otr. Scherpenzeel 24-05-1685, tr. Alblasserdam juni 1685 Jan Pleunemuijs, jm. van Alblasserdam

In 1663 schenkt Jannetien, dochter en Tijs, zoon van Jan Cornelissen Meulenaer ieder f 2-10 voor een kroonluchter voor de kerk (Archief Grote Kerk 1; 22-01-1663).

In 1696  wordt Faes Cornelisz beleend na koop van Geertje Jans van Langelaer voor de helft, Jantje Jans van Langelaer voor een vierde, de kinderen van Thijs Jansz van Langelaer, geassisteerd door hun oom Willem Jansz van Langelaer voor een vierde van een kamp land in Lambalgen (Huis Amerongen 1185; 12vo; 16-04-1696. Bel. Holevoet nr. 42).

5. Thonis Jansz van Langelaer, ged. Scherpenzeel 27-02-1659

6. Geertje Jans van Langelaer, ged. Scherpenzeel 24-11-1667

In 1696 wordt Geertje Jans van Langelaer na magescheid beleend met een kamp land in Lambalgen bij Scherpenzeel onder Woudenberg die in 1684 ten onrechte beleend werd op haar broers Willem en Cornelis in plaats van de gezamenlijke erven (Huis Amerongen 1185; 11vo; 16-03-1696. Bel. Holevoet nr. 42).

In 1696 wordt Faes Cornelisz beleend na koop van Geertje Jans van Langelaer voor de helft, Jantje Jans van Langelaer voor een vierde, de kinderen van Thijs Jansz van Langelaer, geassisteerd door hun oom Willem Jansz van Langelaer voor een vierde van een kamp land in Lambalgen (Huis Amerongen 1185; 12vo; 16-04-1696. Bel. Holevoet nr. 42).

Lidm. Scherpenzeel 04-04-1697: Geertje Jansen van Langelaer, jd.

Lidm. reg. Scherpenzeel 1715: Geertje Jansen van Langelaer, jd, met attestatie vertrokken naar Bredevoort 1723.

VIIId

Cornelis Cornelisz Jongelangelaer, geb. ca. 1615, tr. NN (ws. Hendrickje of Grietje)

In 1638 eist Jacobgen Reijers, wed. Willem Cornelisz betaling van f 10-10-0 huishuur van Cornelis Cornelissen Jongelangelaer (Recht. Arch. Scherpenzeel 2 fol. 75,76; 23-04-1638).

In 1643 is Roeloff Sarren/Sanders, op ’t Willer borg voor de erfgenamen van zal. Jorden Thonisz. samen met Cornelis Cornelisz Jongelangelaer erfgenamen van zal. Cornelis Jansz Ouwenlangelaer, erfhuis (Recht. Arch. Scherpenzeel 1 fol. 99vo; 19-03-1643. Na fol. 99vo; na 17-04-1643).

In 1643 eist Elbert Jansz betaling van f 22-10-8 van Cornelis Cornelisz Jongelangelaer voor geleverd laken (Recht. Arch. Scherpenzeel 1 fol. 101, 2 fol. 173vo,175; 23-10-1643).

In 1646 krijgt Gerrit Willemsz een boete wegens vechten met Cornelis Cornelisz Langelaer in de herberg De Valck (Recht. Arch. Scherpenzeel 2 fol. 219; 12-01-1646).

Uit dit huw.:

1. Jannitgen Cornelissen Langelaer, ged. Scherpenzeel 03-05-1640, tr. Scherpenzeel 06-12-1663 Teunis Rijcksz, zn. van Rijck Gijsbertsz

Langelaar (2)

 

 

Van deze familie is niet duidelijk hoe zij aan de achternaam van Langelaar komen. Mogelijk is Cornelis Cornelisz dezelfde als de bovenstaande Cornelis Cornelisz Jongelangelaer (VIIId). De eerste generaties hebben nog geen achternaam. Teunis Cornelissen komt vanuit Achterberg naar Scherpenzeel. Zijn nakomelingen wonen er enkele generaties en zwerven uit in de omgeving. De Langelaars uit de omgeving van Scherpenzeel komen voor een deel van deze familie. Er is ook nog een katholieke familie Van Langelaar. Deze heeft nauwelijks banden met Scherpenzeel en wordt hier niet verder uitgewerkt.

I

Cornelis Cornelisz, won. Agterbergh, tr. (1) Grietje Teunissen, otr. (2) Rhenen 25-06-1665 (att. naar Bennekom) Evertjen Jans, van Bennekom

Uit het 1e huw.:

1. Teunis Cornelissen, ged. Rhenen 21‑11‑1652, volgt II

2. Cornelis Cornelissen, ged. Rhenen 18‑02‑1655, tr Rhenen (att. van Scherpenzeel) 21-11-1680  Fransje Cornelissen, wed. Bart Jansen, op ´t Broeck

3. Cornelia Cornelissen, ged. Rhenen 13‑10‑1658

4. Geertjen Cornelissen, ged. Rhenen 23‑10‑1659

Uit het 2e huw.:

5. Grietjen Cornelissen, ged. Rhenen 26‑09‑1666

6. Hendrick Cornelissen van Langelaar, ged. Rhenen 06‑12‑1668

                Vader heet: Cornelis Cornelissen van Langelaar, won. Agterbergh.

7. Jan Cornelissen, ged. Rhenen 25‑02‑1674

II

Teunis Cornelissen, ged. Rhenen 21-11-1652, in Achterberg, won. op Groot Donckeler, getuige: Cornelis Hermsen (komt ook van Achterberg en woont op Klein Donkelaar, ged. Rhenen 14‑10‑1660, zn. van Herman Cornelissen, tr. Evertje Jacobs, mogelijk een neef), met consent van vader, tr. Scherpenzeel 14-07-1678 Grietje Melchertsen, ged. Scherpenzeel 17-10-1658, won. Weerthof, dr. van Melchior Casparsen

Uit dit huw.:

1. Grietje Teunissen van Langelaer, ged. Scherpenzeel 17-11-1678, aen de Beeck

2. Marretie Teunissen van Langelaer, ged. Rhenen 06-06-1680, in Agterbergh

3. Jan Teunissen van Langelaer, ged. Rhenen 19-02-1682, in Agterbergh

4. Melchert Teunissen van Langelaer, ged. Rhenen 25-03-1684, in Agterbergh, volgt IIIa

5. Aeltje Teunissen van Langelaer, ged. Scherpenzeel 31-10-1686, aen de Groeb

6. Orseltje Teunissen van Langelaer, ged. Scherpenzeel 13-02-1689, aen de Groep

7. Geertje Teunissen van Langelaer, ged. Scherpenzeel 26-04-1691

8. Cornelis Teunissen van Langelaer, ged. Scherpenzeel 15-03-1693, tr. Scherpenzeel 09-12-1725 Jantje Peters, ged. Scherpenzeel 22-03-1691, op Breeschoten, dr. van Peter Rijcksen en Geertje Jansen

Uit dit huw.:

1. Gijsbertje Cornelisz van Breehoef, ged. Scherpenzeel 0-03-1727

2. Peter Cornelisz van Breehoef, ged. Scherpenzeel 20-02-1729

3. Geertje Cornelisz van Breehoef, ged. Scherpenzeel 10-02-1732

9. Jantje Teunissen van Langelaer, ged. Scherpenzeel 13-05-1695, tr. Scherpenzeel 03-11-1720 Jan Aalten van Brienen, van Barneveld

10. Teunis Teunissen van Langelaer, ged. Scherpenzeel 19-12-1697

11. Derck Teunissen van Langelaer, ged. Scherpenzeel 17-01-1700, volgt IIIb

IIIa

Melchert Teunissen van Langelaer, ged. Rhenen 25-03-1684, tr. Leersum 25-11-1714 Hendrikje Claessen, ged. Amerongen 07-02-1692, dr. van Claes Gerritsz van Barneveld en Grietje Teunissen

Uit dit huw.:

1. Cornelis Melchtersz van Langelaar/Ginkel, ged. Amerongen 10-03-1715, tr. Leersum 29-10-1741 Jannigje Arisse van Selder, ged. Scherpenzeel 25-02-1725, aan de Groep onder Amerongen, ov. Amerongen 17-01-1814, dr. van Arris Cornelissen van ´t Selder en Reintje Ernsten van Ginkel

Uit dit huw.:

1. Melcher Cornelissen van Ginkel, ged. Leersum 07-10-1742, ov. Maarsbergen 21-11-1822, tr. Amerongen 26-05-1782 Hendrikje Dirks van Velthuizen

2. Aris Cornelissen van Ginkel, ged. Leersum 11-10-1744, tr. Amerongen 05-12-1773 Cornelia Brands van Selder, wed. Bart Wulfertsen van Meerveld, ged. Scherpenzeel 03-10-1745, op Taienhorst onder Amerongen, dr. van Brand Cornelissen van Selder en Gerritje Gerrits van Lambalgen

Uit dit huw.:

            1. Jannetje van Ginkel, ged. Amerongen 19-03-1775

2. Brand van Ginkel, ged. Amerongen04-08-1776

3. Cornelis van Ginkel, ged. Amerongen 11-10-1778, jong ov.

4. Bart van Ginkel, ged. Amerongen 18-02-1781

5. Jan van Ginkel, ged. Amerongen 03-02-1782

6. Cornelis van Ginkel, ged. Amerongen 06-12-1784, ov. Woudenberg 06-10-1859, tr. Amerongen 13-11-1808 Grietje Reijerse van de Haar, ged. Amerongen 20-08-1786, ov. Leersum 25-06-1871, dr. van Lammert Berendsen van de Haar en Gerritje Bleijerveen

Uit dit huw.:

1. Erris van Ginkel, geb./ged. Woudenberg 30-12-1810/20-01-1811

2. Reijer van Ginkel, geb. Woudenberg 31-10-1813, in de Groep op de Polle of Klein Bruinhorst, ged. in de Grote Kerk 21-11-1813

3. Jan van Ginkel, geb. Woudenberg 08-01-1824, ged. in de Grote Kerk 01-02-1824

4. Reijertje van Ginkel, geb. Woudenberg 08-01-1824, ged. in de Grote Kerk 01-02-1824

5. Cornelia van Ginkel, geb. Woudenberg 05-03-1827, ged. in de Grote Kerk 25-03-1827

6. Jan van Ginkel, geb. Woudenberg 08-08-1830, ged. in de Grote Kerk 29-08-1830, tr. Woudenberg 15-12-1860 Willemijntje van Kempen, geb. Woudenberg 1833, dr. van Maas van Kempen en Aaltje Veldhuizen

            Uit dit huw.:

1. Cornelis van Ginkel, geb. Woudenberg 17-11-1864, ged. in de Grote Kerk 04-12-1864

2. Maas van Ginkel, geb. Woudenberg 09-04-1867, ged. in de Grote Kerk 28-04-1867

7. Gerritje van Ginkel, ged. Amerongen 03-01-1790, tr. Amerongen 15-11-1807 Hendrik Aalbertsen van Ravenhorst, ged. Amerongen 18-07-1779, ov. Rhenen 07-12-1843, zn. van Aalbert Wijnen van Ravenhorst en Annetje Jordens van Nijburg

3. Klaes Cornelissen van Ginkel, ged. Leersum 15-01-1747

4. Reintje Cornelissen van Ginkel, ged. Leersum 07-04-1749, tr. Rhenen 23-10-1778 Jan Barendse van Osnabrugge

5. Maria Cornelissen van Ginkel, ged. Leersum 23-12-1753

6. Hendrijntje Cornelissen van Ginkel, ged. Maarsbergen 13-06-1756, ov. Doorn 01-07-1814, tr. Doorn 26-12-1773 Gijsbert Melisz van der Vliert, van Woudenberg

7. Klaas van Ginkel, ged. Amerongen 01-08-1762, ov. Utrecht 26-04-1854, tr. (1) Cornelia Hoppenbrouwer, tr. (2) Johanna Nagtegaal.

2. Grietje Melchters van Langelaar, ged. Scherpenzeel 08-11-1716, tr. Amerongen 22-03-1761 Teunis van den Berg, van Amerongen

3. Marije Melchters van Langelaar, ged. Scherpenzeel 26-06-1718

4. Jantje Melchters van Langelaar, ged. Scherpenzeel 14-01-1720, in de Agterstraat

5. Teunis Melchtersz van Langelaar, ged. Scherpenzeel 26-10-1721

6. Klaas Melchtersz van Langelaar, ged. Scherpenzeel 26-09-1723, in de Agterstraat

7. Gerrit Melchtersz van Langelaar, ged. Scherpenzeel 02-12-1725, in de Agterstraet, tr. Renswoude 10-11-1754 Metje Joosten, ged. Renswoude 19-10-1727, in De Groep, dr. van Joost Reijersz en Geertje Jans

Uit dit huw.:

1. Reijer Gerritsz van Langelaar, ged. Renswoude 04-05-1755, op de Kleine Vlierdt, ov. Woudenberg 03-01-1829, tr. (1) Renswoude (otr. Renswoude 01-10-1779) Gerritje Otten van der Voort, ged. Veenendaal 27-04-1755, dr. van Otto Jansen van der Voort en Grietje Maartens, tr. (2) Woudenberg 30-07-1786 Elisabeth Gerrits van Ekeris, wed. Jan Teunisz Knopper, ged. Woudenberg 12-04-1744, ov. Woudenberg 19-09-1822, dr. van Gerrit Arrisz van Ekeris en Gerritje Knopper, tr. (3) Geertje Geurtsen Langelaar, ged. Renswoude 14-02-1777, ov. Renswoude 13-05-1856, wed. Jan Arissen van Bennekom, dr. van Geurt Dirksz van Langelaar en Johanna/Hanna Jans van Amerongen/van den Dwarsweg

Bij het ov. van Reijer heet zijn moeder Metje van Emmikhuizen.

Uit het 1e huw.:

1. Ot Langelaar, ged. Amerongen 08-09-1782, ov. Leusden 20-02-1864, tr. Leusden 02-11-1816 Dirkje Cornelissen/Cosijnce, geb. Nijkerk 1792, ov. Leusden 21-10-1859, dr. van Cozijn Cornelissen of Cornelis Cosijnse en Heijntje Hendriks Bos

                        Uit dit huw.:

1. Reijer Langelaar, geb. Leusden 05-12-1817, tr. Hoogland 29-04-1847 Stijntje Meesen, geb. Hoogland 07-05-1813, dr. van Gerrit Meesen en Teuntje Klaasen

2. Cornelis Langelaar, geb. Leusden 12-06-1821, ov. Zeist 13-11-1864,  tr. Woudenberg 10-07-1847 Geertje van de Kamp, geb. Woudenberg 15-03-1825, ov. Zeist 28-01-1883, dr. van Mor van de Kamp en Aaltje Harskamp

3. Maria Langelaar, geb. Leusden 15-11-1823, ov. Scherpenzeel 25-07-1901, tr. Leusden 13-11-1850 Teunis Dijkland, geb. Veenendaal 1822, ov. Scherpenzeel 08-03-1883, zn. van Cornelia Dijkland

4. Gerrit Langelaar, geb. Leusden 29-11-1825, ov. Leusden 06-05-1886, tr. Leusden 01-04-1864 Arisje Voskuijlen, geb. Barneveld 1842, dr. van Jan Voskuijlen en Wijntje Westeneng

5. Hendrika Langelaar, geb. Leusden 04-09-1828, ov. Woudenberg 23-11-1893, tr. Leusden 27-12-1863 Jan de Mars, geb. Heeswijk 1827, zn. van Cornelis de Mars en Dirkje van Dijk

6. Elisabeth Langelaar, geb. Leusden 01-11-1831, ov. Leusden 28-10-1876, ongehuwd

7. Aart Langelaar, geb. Leusden 21-08-1836, ov. Cothen 24-01-1886, tr. Cothen 29-03-1866 Neeltje van Ewijk, geb. Cothen 1844, dr. van Bart Willem van Ewijk en Johanna de Bruin

2. Melchior Gerritsz van Langelaar/van Ginkel, ged. Amerongen 17-04-1757, ov. Leusden 22-08-1824, tr. (1) Renswoude (otr. Renswoude 07-11-1778) Hendrikje Killen van den Berkt, tr. (2) Renswoude (otr. Renswoude 27-05-1787) Geertje Teunissen Lagerweij, ged. Woudenberg 22-05-1763, ov. Leusden 21-03-1824, dr. van Teunis Evertsen Lagerweij en Maatje Thonen Lagerweij

                        Uit het 1e huw.:

1. Aaltje van Langelaar, ged. Renswoude 02-07-1779, op Emmikhuizen, ov. Woudenberg 21-02-1865, tr. Scherpenzeel 11-10-1813 Aart Willemsen van Voorthuizen, ged. Scherpenzeel 26-10-1749, op Geijtenbeek, ov. Scherpenzeel 10-05-1837, zn. van Willem Willemsen van Voorthuijsen/van de Glinthorst en Jantje Hendriks van Ginkel

2. Gerrit van Langelaar, ged. Renswoude 14-10-1781, op Emmikhuizen, ov. De Bilt 27-06-1843, tr. Scherpenzeel 10-11-1808 Gerritje van Ginkel, ged. Doorn 29-03-1789, ov. Woudenberg 03-10-1861, dr. van Kors van Ginkel en Gerritje Wulferts Lagerweij

            Uit dit huw.:

1. Gerrigje Langelaar, geb./ged. Scherpenzeel 02/21-11-1809, ov. Doorn 03-05-1874, tr. Driebergen 08-10-1847 Rijk van Velthuizen, geb. Wijk bij Duurstede 1820, zn. van Barend van Velthuizen en Hijltje Scherpenzeel

2. Geertje Langelaar, geb. Leusden, ged. Amersfoort 15-05-1811, tr. (1) De Bilt 23-07-1828 Aalbert Elbertsen Wallet, geb. Voorthuizen 1798, zn. van Elbert Aalbertsen Wallet en Teunisje Elberts, tr. (2) De Bilt 28-03-1856 Willem Bos, geb. Ede 1831, zn. van Willem Bos en Aartje van Ginkel

3. Reijertje Langelaar, geb. Leusden 07-02-1813, ov. Rijsenburg 12-05-1883, ongehuwd

4. Jannetje Langelaar, geb. Leusden 28-04-1815, ov. Driebergen 26-02-1890, tr. De Bilt 20-01-1839 Evert Smorenburg, geb./ged. De Bilt 15-01/05-02-1809, zn. van Gerrit Smorenburg, Marretje/Margrieta Eibersen

            5. Kors Langelaar, geb. Leusden 31-07-1817

6. Maria/Mietje Langelaar, geb. Leusden 05-06-1819, ov. De Bilt 20-08-1846, ongehuwd

7. Jan Langelaar, geb. Leusden 11-08-1821, ov. Rijsenburg 04-05-1914,  tr. Woudenberg 03-10-1862 Gerritje Jetten, geb. Woudenberg 17-08-1827, dr. van Reijer Jetten en Maria van Veldhuizen

8. Gerardus van Langelaar, geb. Leusden 20-03-1823, ov. Utrecht 05-02-1865, tr. (1) Woudenberg 05-11-1853 Jannigje Wallenburg, geb. Woudenberg 16-07-1822, dr. van Evert Wallenburg en Gerritje Renes, tr. (2) Driebergen 15-01-1862 Stijntje Koerts, geb. Meppel 1830, dr. van Jan Koerts en Jentien Karsten

9. Gerrarda Langelaar, geb. Leusden 08-11-1824, ov. De Bilt 15-11-1842

10. Elisabeth Langelaar, geb. Leusden 22-04-1826, tr. De Bilt 06-07-1849 Jan Ipenburg, geb. Driebergen 1824, zn. van Cornelis Ipenburg en Wilhelmina Hoornenburg

11. Rijk Langelaar, geb. De Bilt 1829, ov. De Bilt 14-09-1832

12. Aart Langelaar, geb. De Bilt 1830, ov. Zeist 04-07-1896, tr. Zeist 17-05-1866 Petronella Francina Kraan, geb. Zeist 1836, dr. van Gerardus Kraan en Johanna Catharina S. Wilberg

13. Cornelis Langelaar, geb. De Bilt 1832, ov. Utrecht 27-04-1891, tr. Utrecht 17-01-1886 (zijn schoonzus) Stijntje Koerts, geb. Meppel 1830, dr. van Jan Koerts en Jentien Karsten

3. Maria van Langelaar, ged. Renswoude 02-01-1785, op Emmikhuizen, ov. Renswoude 02-05-1820, tr. Renswoude 15-04-1815 Willem de Koning, ged. Renswoude 10-07-1789, timmerman, ov. Scherpenzeel 15-06-1818, zn. van Jan de Koning en Jannigje de Bont

                        Uit het 2e huw.:

4. Maaijtje/Matje van Langelaar, ged. Renswoude 10-08-1788, op Emmikhuizen, ov. Amersfoort 24-12-1827, tr. Woudenberg 04-04-1817 Gerrit van Essen, ged. Woudenberg 11-01-1789, ov. Leusden 01-09-1831, zn. van Aart Jacobsz van Essen en Maria Claassen van Ginkel

5. Hendrik van Langelaar, ged. Renswoude 17-04-1791, op Emmikhuizen, ov. Amersfoort 07-12-1855, tr. Renswoude 07-06-1826 Jannetje van Otterlo, geb. Leusden 1806, dr. van Gerrit van Otterlo en Jannetje van Moorst

                        6. Teunisje van Langelaar, ged. Renswoude 27-12-1793, in Ederveen

7. Klaasje/Clasina Langelaar, geb. 1803, ov. Leersum 03-04-1858, tr. Renswoude 29-01-1827 Jan Lagerweij, ged. Renswoude 10-09-1797, zn. van Gerrit Lammersz Lagerweij en Annigje Jansen

8. Gerrit van Langelaar, ged. Amerongen 28-06-1807, tr. Leusden 24-07-1835 Neeltje Aardze, geb. Leusden 1806, dr. van Cornelis Aardze en Evertje van de Wetering

3. Hendrik Gerritsz van Langelaar, ged. Amerongen 19-08-1759, ov. Woudenberg 02-03-1829, ongehuwd

4. Joost Gerritsz van Langelaar, ged. Amerongen 12-04-1762, boerenknecht, ov. Ede 13-08-1820, ongehuwd

5. Klaas Gerritsz van Langelaar, ged. Amerongen 27-07-1766

6. Geertje Gerrits van Langelaar, ged. Renswoude 24-03-1769, otr. Renswoude 25-10-1793 Evert Jansen van de Hoef, geb. Ederveen

8. Cornelis Melchtersz van Langelaar/van Ginkel, ged. Scherpenzeel 04-01-1728, in d’Agterstraat, volgt IVa

 

IVa

Cornelis Melchertsz van van Langelaar/Ginkel, ged. Scherpenzeel 04-01-1728, spinner, begr. Renswoude 23-08-1788, tr. (1) Barneveld 15-04-1757 Willemijntje Breunissen, ged. Scherpenzeel 16-11-1738, dr. van Breunis Jansz (van Beckbergen) en Cornelia Jans (Nieuwburg), tr. won. Ede (2) Renswoude 13-09-1776 Agnietje van Broekhuizen, wed. Dirk Brinkman, geb. Ederveen, ged. Renswoude 10-06-1742, ov. Veenendaal 03-02-1815, dr. van Pieter Jansz van Broekhuizen en Aartje Jacobs van Meervelt

Uit het 1e huw.:

1. Breunis Cornelissen van Ginkel, ged. Scherpenzeel 11-11-1759 in den Krommenhoek, tr. Leersum 21-01-1787 Jannigje Gijsberts Pater, wed. Jacob Sandersz van de Beek, geb. Maarn, ged. Doorn 15-04-1755, ov. Woudenberg 23-01-1815, dr. van Gijsbert Willemsz Pater en Jannetje Cornelissen van Huigenbosch

                Lidm. Scherpenzeel 29-03-1792: Breunis van Ginkel, in Oostinje.

Uit dit huw.:

1. Gijsbert van Ginkel, geb./ged. Scherpenzeel 12/23-12-1787, ov. Woudenberg 20-01-1881, tr. Woudenberg 30-04-1814 Grietje van Voskuijlen, geb./ged. Woudenberg 22-03/03-04-1785, ov. Woudenberg 15-04-1844, dr. van Cornelis Hendriksz van Voskuilen en Geertje Jans van de Haar

            Uit dit. huw.:

1. Breunis van Ginkel, geb. Woudenberg 06-01-1816, ov. Scherpenzeel 28-02-1887, begr. Glashorst, graf nr. 193, ongehuwd

2. Cornelis van Ginkel, geb. Woudenberg 13-10-1817, ov. Woudenberg 14-11-1817

3. Geertje van Ginkel, geb. Woudenberg 07-11-1818, ov. Scherpenzeel 30-04-1897, begr. Glashorst nr. 81, tr. Woudenberg 23-10-1852 Albertus Lokhorst, geb./ged. Scherpenzeel 19-04/05-05-1816, op Klein Schaik, ov. Scherpenzeel 04-03-1882 op Klein Schaik, begr. Glashorst nr. 81, zn. van Dirk Lokhorst en Jannigje Toonen van Ginkel

4. Jannigje van Ginkel, geb. Woudenberg 31-07-1820, ov. Woudenberg 04-03-1878, tr. Hendrik Morren

5. Cornelia van Ginkel, geb. Woudenberg 23-04-1824, ov. Woudenberg 30-03-1905, tr. Woudenberg 10-11-1849Jacob ter Maaten, geb. Woudenberg  27-01-1826, ov. Scherpenzeel 05-02-1911, zn. van Gerrit ter Maaten en Maria van Wittenberg

2. Henderickje Cornelissen van Ginkel, ged. Scherpenzeel 23-08-1761 in den Krommenhoek

3. Klaas Cornelissen van Ginkel, ged. Leersum 01-08-1762

4. Maatjen Cornelissen van Ginkel, ged. Scherpenzeel 12-11-1763 in den Krommenhoek

5. Jan Cornelissen van Ginkel, ged. Scherpenzeel 03-02-1765 in de Krommenhoek

6. Geurt van Ginkel, ged. Scherpenzeel 03-01-1768 (onecht), ov. Woudenberg 31-08-1827, tr. Scherpenzeel 04-05-1800 Petertje Cornelissen Winterswijk, wed. Evert Hendriks, ged. Scherpenzeel 15-10-1775, op Oostindien, ov. Scherpenzeel 16-12-1850, dr. van Cornelis Jansz van Winterswijk en Hendrikje Conelissen Steenbeek

Ariaantje Geurts, wed. Jan van de Lustgraaf en Cornelis van Ginkel, man van Willemijn Breunissen, in de Kromme Hoek krijgen een kind: Geurt van Ginkel, ged. Scherpenzeel 03-01-1768.

Lidm. Scherpenzeel 28-03-1810: Geurt van Ginkel, met attestatie vertrokken naar Woudenberg 07-05-1810.

Uit dit huw.:

1. Ariaantje van Ginkel, geb./ged. Woudenberg 28-01/01-02-1801, begr. Scherpenzeel 09-02-1801

2. Jan van Ginkel, geb./ged. Woudenberg 26-10/07-11-1802, wolkammersknecht, ov. Scherpenzeel 07-03-1871, tr. Scherpenzeel 20-11-1835 Elizabeth Kester, ged. Amersfoort (Luthers) 19-05-1805, ov. Woudenberg 22-02-1876, dr. van Matthijs Kester en Elisabeth Gijsmans

Uit dit huw.:

1. Geurtje van Ginkel, geb. Woudenberg18-06-1836, ged. in de Grote Kerk 26-06-1836, ov. Woudenberg 23-07-1836

2. Geurt van Ginkel, geb. Woudenberg 14-09-1837, ged. in de Grote Kerk 01-10-1837, ov. Woudenberg 16-11-1837

3. Pieter van Ginkel, geb. Woudenberg 20-12-1838, ged. in de Grote Kerk 30-12-1838, ov. Scherpenzeel 10-08-1840

4. Elizabeth van Ginkel, geb./ged. Scherpenzeel 11/24-11-1839, ov. Scherpenzeel 31-07-1841

5. Petronella Maria van Ginkel, geb./ged. Scherpenzeel 17/29-11-1840, ov. Scherpenzeel 04-06-1842

6. Pieter van Ginkel, geb. Scherpenzeel 07-10-1841, ov. Scherpenzeel 24-10-1841          

7. Maria van Ginkel, geb./ged. Scherpenzeel 09-11/29-12-1844, ov. Ede 23-09-1928, tr. Scherpenzeel 21-11-1872 Evert Veer, geb. Leusden 03-09-1837, boerenknecht, ov. Woudenberg 26-06-1920, zn. van Jan Evertsen Veer en Moortje/Marretje Teunissen van Kooten

8. Matthijs van Ginkel, geb. Scherpenzeel 04-10-1845, ov. Scherpenzeel 10-10-1845      

9. Gerritje van Ginkel, geb. Scherpenzeel 30-08-1847, ov. Scherpenzeel 30-10-1847

7. Jorden Cornelissen van Ginkel, ged. Scherpenzeel 10-04-1768 in de Krommenhoek

8. Willem Cornelissen van Ginkel, ged. Scherpenzeel 18-11-1770 in de Kromme hoek

9. Klaas Cornelissen van Ginkel,geb./ged. Scherpenzeel 29-11/05-12-1773, get: Jantje Lagerweij, hv Heimerik Peelen

Uit het 2e huw.:

10. Aartje Cornelissen van Ginkel, geb. Ederveen, ged. Renswoude 09-01-1778

11. Cornelis Cornelissen van Ginkel, geb. Ederveen, ged. Renswoude 22-10-1780

 

IIIb

Derck Teunissen van Langelaer, ged. Scherpenzeel 17-01-1700, tr. Amerongen (otr. Scherpenzeel) 13-11-1729 Geertje Cornelissen van Selder, ged. Scherpenzeel 12-03-1702, aen de Groep, dr. van Cornelis Arrisz van Selder en Jantje Tijssen

Uit dit huw.:

1. Teunis Dirksz van Langelaar, ged. Amerongen 10-09-1730, tr. Amerongen 08-11-1761 Jannetje Jans Morre, van Amerongen

            Uit dit huw.:

1. Dirk Teunissen van Langelaar, ged. Amerongen 24-10-1762, jong ov.

2. Geertje Teunissen van Langelaar, ged. Amerongen 27-04-1764, ov. Renswoude 03-06-1828, tr. Woudenberg 24-12-1786 Roelof Gerritsz van de Bruijnhorst/Egdom/´t Broek, ged. Woudenberg 10-07-1763, ov. Renswoude 15-03-1830, zn. van Gerrit Cornelissen van de Bruijnhorst en Ariaantje Jans van Overeem

                Doopceel van Geertje afgegeven op 20-02-1788.

In 1801 krijgt Roelof Gerritsz van Egdom vijf morgen van de boerderij ´t Voort bij boedelscheiding (Recht. Arch. Woudenberg 2349; 17-02-1801).

Van 1808-1812 pachter van de boerderij Het Derde Broek onder Woudenberg, daarna van het Broekhuisje.

3. Dirk Teunissen van Langelaar alias Dirk van den Heuvel, ged. Amerongen 19-01-1766, ov. Woudenberg 31-03-1829, tr. Woudenberg 12-04-1807 Errisje van Ginkel, wed. Willem van Rheenen, geb. Geerestein, ged. Woudenberg 06-06-1751, dr. van Helmert Jansz van Ginkel en Beatrix Hendriks van Ekeris

4. Barendje Langelaar, ged. Amerongen 03-07-1768, ov. Amerongen 14-01-1858, tr. Amerongen 13-11-1803 Hendrik Hansums van Boort, ged. Amerongen 03-07-1757, ov. Amerongen 18-12-1831, zn. van Hansom van Boort en Jacoba van Eck

5. Johannes Teunissen van Langelaar, ged. Amerongen 29-07-1770, ov. Woudenberg 10-01-1840, tr. Woudenberg 05-11-1830 Anna Lojen, ged. Woudenberg 24-08-1800 (let op het leeftijdsverschil), ov. Woudenberg 24-05-1837, dr. van Gijsbert Lojen en Jannigje van Maanen

6. Teunis Teunissen van Langelaar, ged. Amerongen 31-01-1773, ov. Amerongen 22-01-1842, ongehuwd

7. Jannigjen Teunissen van Langelaar, ged. Amerongen 30-04-1775, ov. Renswoude 01-05-1851, tr. Aart van Nieuwenhuizen

                “Doch dit is even voor den tijd van het Bondzegel overleden”.

8. Jannetje Teunissen van Langelaar, ged. Amerongen 01-12-1776, ov. Renswoude 01-05-1851, tr. Woudenberg 08-04-1826 Aart van Nieuwenhuizen, ged. Doorn 28-12-1777, ov. Woudenberg 12-07-1840, zn. van Tijmen Hendriksz Nieuwenhuizen en Maria de Jong

2. Cornelis Dirksz van Langelaar, ged. Amerongen 24-07-1735, volgt IVb

3. Geurt Dirksz van Langelaar, ged. Amerongen 20-04-1738, volgt IVc

4. Aaltje Dirks van Langelaar, ged. Amerongen 09-04-1741

                Doopceel afgegeven op 27-01-1793 en 27-10-1793.

 

IVb

Cornelis Dirksz van Langelaar, ged. Amerongen 24-07-1735, tr. Amerongen 15-11-1761 Jantje Wijnen van Ravenhorst, ged. Renswoude 07-01-1731, ov. 20-03-1822, dr. van Wijn/Wijnand Aelbertsen van Ravenhorst en Rijkje Gijsberts van de Vliert

Uit dit huw.:

1. Geertje Cornelissen van Langelaar, ged. Renswoude 16-04-1762, op Emmikhuizen, ov. Maarn 27-01-1829, tr. Amerongen 11-03-1793 Hendrik Tonen van Daatselaar, van Amersfoort

2. Geertje Cornelissen van Langelaar, ged. Renswoude 09-12-1763, op Emmikhuizen

3. Dirk Cornelissen van Langelaar, ged. Renswoude 19-12-1765, op Emmikhuizen

4. Rijkje Cornelissen van Langelaar, ged. Renswoude 13-05-1768, op Emmikhuizen

            Kind:

1. Jannetje van Langelaar, ged. Amerongen 15-01-1792, begr. Scherpenzeel 27-02-1793

                               De vader is Hendrik van Veenendaal, volgens de moeder.

5. Willemijntje Cornelissen van Langelaar, ged. Renswoude 01-12-1770, op Emmikhuizen, won. Maarsbergen, tr. Scherpenzeel (att. van Doorn) 11-12-1796 Jochem Jochemsen, geb. Barneveld

 

IVc

Geurt Dirksz van Langelaar, ged. Amerongen 20-04-1738, begr. Renswoude 05-02-1795, (1) tr. Johanna/Hanna Jans van Amerongen/van den Dwarsweg, geb. Amerongen 1753, ov. Renswoude 04-01-1823, dr. van Jan van Amerongen en Berentje Gertsen. Hanna, tr. (2) Renswoude 25-02-1798 Willem Lammerts Hardeman, wed. Weimpje Arissen van Selder, ged. Renswoude 21-04-1726, begr. Renswoude 12-11-1803, zn. van Lammert Cornelissen Hardeman en Grietje Wouters

                Doopceel afgegeven op 27-01-1791 en 27-10-1791.

Uit het 1e huw.:

1. Geertje Langelaar, ged. Renswoude 14-02-1777, op de Wetering, ov. Scherpenzeel/Renswoude 13-05-1856, tr. Renswoude 25-02-1798  Jan Arissen van Bennekom, geb. Achttienhoven, ged. Westbroek 02-08-1772, daghuurder, ov. Maarn 09-09-1822, zn. van Arris Jansen van Bennekom en Maria Jacobse van Beerschoten, tr. (2) Reijer Gerritsz van Langelaar, ged. Renswoude 04-05-1755, op de Kleine Vlierdt, ov. Woudenberg 03-01-1829, wed. Gerritje Otten van der Voort en wed. Elisabeth Gerrits van Ekeris, zn. van Gerrit Melchtersz van Langelaar en Metje Joosten (huwelijk niet gevonden)

2. Derk Langelaar, ged. Renswoude 26-03-1780, op de Wetering, landbouwer, ov. Lunteren 05-03-1831, tr. Renswoude 29-05-1819 Barendje/Elisabeth/Betje Gerrits Lagerweij, ged. Renswoude 09-03-1794, ov. Leersum 26-11-1875, dr. van Gerrit Lammertsz Lagerweij en Annetje Jansen. Elisabeth, tr. (2) Ede 28-06-1834 Hendricus Sijsselsmit, geb. Zutphen 1810, zn. van Joës Sijsselsmit en Lubberdina Jansen

            Uit dit huw.:

1. Johanna van Langelaar, geb. Renswoude 10-12-1819, ov. Renswoude 14-04-1905, tr. Ede 10-06-1848 Jan Hol, geb. Barneveld 1825, boerneknecht, ov. Renswoude 10-04-1908, zn. van Hendrik Hendriksen Hol en Fijtje Klarenbeek

2. Gerrit Langelaar, geb. Renswoude 18-01-1821, landbouwer, tr. Stoutenburg 24-09-1851 Petertje van Putten, geb. Nijkerk 1828, ov. Nijkerk 24-11-1889, dr. van Hendrik Kobussen van Putten en Aartje Teunissen van Essen

3. Antje Langelaar, geb. Ede 1824, ov. Leersum 11-12-1884, tr. Leersum 03-03-1871 Teunis van de Wetering, geb. Darthuizen 1830, zn. van Albertus van de Wetering en Gerritje Voskuilen

4. Geurtje Langelaar, geb. Utrecht 1827, ov. Utrecht 20-10-1854, tr. Utrecht 10-05-1854 Willem Johannes de Vriendt, geb. Utrecht 1820, zn. van Hermanus de Vriendt en Margaretha Willemina de Ridder

5. Gerritje Langelaar, geb. Lunteren 1824, ov. Lunteren11-11-1832

6. Jannetje Langelaar, geb. Gelders Veenendaal 1826, ov. Gelders Veenendaal 12-12-1842

3. Jan Langelaar, ged. Renswoude 16-03-1783, op de Wetering, ov. Renswoude 23-03-1828, ongehuwd

4. Teunis Langelaar, ged. Renswoude 02-04-1786, op de Wetering, ov. Renswoude 31-03-1843, tr. (1) Scherpenzeel 23-03-1821 Aaltje van Osnabrugge, geb./ged. Scherpenzeel 25-01/05-02-1792, ov. Renswoude 17-04-1829, dr. van Jan van Osnabrugge en Jannigje Jacobse van Doorn, tr. (2) Renswoude 06-03-1830 Geurtje Hendriksen, geb. Ede 06-06-1762, ov. Renswoude 15-04-1839, dr. van Evert Hendriksen en Janna Reinders, tr. (3) Renswoude 09-04-1842 Everdina van de Pol, geb. Ede 1814, ov. Renswoude 11-02-1846, dr. van Gerrit van de Pol en Annetje Everts

Voorkind:

Aalbert van Osnabrugge, geb./ged. Scherpenzeel 11-08/18-10-1818

Uit het 1e huw.:

1. Jan Langelaar, geb./ged. Scherpenzeel 01-06/08-07-1821

5. Barendje Geurtsen Langelaar, ged. Renswoude 24-07-1789, tr. Renswoude 18-09-1823 Gerrit Scherrenburg, geb. Ede 08-02-1797, ov. Gelders Veenendaal 01-04-1864, zn. van Evert Woutersz Scherrenburg en Geertje Gerritsen

6. Jannigje Geurtsen Langelaar, ged. Renswoude 23-09-1792, op de Wetering, ov. Renswoude 19-06-1843, ongehuwd

 

 

 

Samengesteld door

Henk van Woudenberg

Januari 2009

Lid worden?

Oud Scherpenzeel heeft al 981 !!! leden! Lid worden van "Oud Scherpenzeel"? Kosten lidmaatschap per jaar: € 17,50 Ja, ik wil lid worden!