OPEN DAG BIJ HUIZE SCHERPENZEEL

 Op donderdag 12 juli jl. werd het gerestaureerde Huize Scherpenzeel door de Commissaris van de Koningin C. Cornielje, officieel heropend. De officiële gasten werden op deze dag door Chris Sangers namens de vereniging Oud-Scherpenzeel door het Huis rondgeleid.

Op zaterdag 14 juli opende Huize Scherpenzeel haar deuren en was het voor alle belangstellenden mogelijk om het Huis eens van binnen te bekijken. Deze open dag was georganiseerd door de nieuwe bewoners van Huize Scherpenzeel: de Stichting Vernieuwing Gelderse Vallei en Restaurant-Hotel De Witte Holevoet. Niet alleen veel Scherpenzelers maar ook veel anderen pakten deze kans met beide handen aan om het Huis eens te bezoeken.  De huidige eigenaar, Stichting Gelders Landschap & Gelderse Kastelen en de gebruikers hadden samen fors uitgepakt en zorgden voor een warm welkom, inclusief hapjes & drankjes. Het Huis bleek prachtig opgeknapt! Geldersch Landschap en Geldersche Kasteelen heeft het huis sinds 2005 in beheer en heeft de inrichting weer zoveel mogelijk in originele staat gebracht, zoals de plafondornamenten en de hoge eikenhouten deuren met kantelen in de vestibule. Tijdens de open dag werden rondleidingen verzorgd door leden van de vereniging Oud Scherpenzeel. Binnen was door Oud-Scherpenzeel een tentoonstelling ingericht over de ontstaansgeschiedenis van Huize Scherpenzeel.

  De opkomst was overweldigend!

Het was soms filelopen op de trap en in de gangen van het Huis en velen spraken hun waardering uit over de expositie.

De Commissaris van de Koningin C. Cornielje heeft aan de huidige gebruikers een cadeau toegezegd in de vorm van een vast informatiepaneel met daarop de geschiedenis van Huize Scherpenzeel. Aan de vereniging Oud-Scherpenzeel is gevraagd medewerking te verlenen aan het ontwerpen van dit paneel.

 

SCHERPENZEEL UNIEK

 Zaterdag 1 september jl. vond het ondertussen traditionele Scherpenzeel Uniek plaats. Thema van dit jaar was ‘’Vroeger & Nu’’ en met dit thema kon de vereniging Oud-Scherpenzeel natuurlijk niet achterblijven om tijdens deze dag iets te organiseren. !
Via welwillende medewerking mochten we het momenteel leegstaande winkelpand van Van den Broek aan de Dorpsstraat 233 gebruiken en tijdelijk inrichten als expositieruimte.

Het thema ‘’Vroeger & Nu’’ kwam terug in de expositie door foto’s uit het tijdvak rond 1900 naast foto’s uit 2007 te hangen. Wat blijkt er veel veranderd te zijn in Scherpenzeel ! 

 Kinderen konden meedoen met een prijsvraag door te raden waarvoor de uitgestalde oude voorwerpen in het verleden werden gebruikt. Ook kunnen zij een verhaal over ‘’Scherpenzeel vroeger’’ schrijven en het leukste verhaal zal in het decembernummer van ons verenigingsblad worden gepubliceerd. Bij de expositie was ook een filmruimte ingericht, waar doorlopend de film ‘’Scherpenzeel 1964’’ werd vertoond. 

’s Morgens was het erg rustig in onze tijdelijke expositieruimte, maar in de middag werd het druk en de filmruimte bleek eigenlijk te klein!

Gezien de toeloop tijdens deze expositie en de investering qua tijd wordt momenteel door het bestuur bezien wat de volgende ‘’halte’’ kan zijn voor dit expositiemateriaal.

”Noe eerst effe Proate !”

 In de  rubriek ”Noe eerst effe Proate !” interviewt Piet Valkenburg jonge en oude, bekende en onbekende, kortom aller-lei Scherpenzelers, die iets leuks of interessants over Scherpenzeel te vertellen hebben.

Alweer even geleden liet Bep Keij eens een fraai fotoalbum met oude foto’s zien aan één van de bestuursleden van de vereniging Oud-Scherpenzeel. Nieuwsgierig geworden naar de verhalen achter al die fraaie oude foto’s van vooral personen vroeg ik daarom Bep Keij voor de 7e aflevering van ”Noe eerst effe Proate !”.

Bep Keij aan het woord : “Ik ben geboren op 26 november 1926  in het ziekenhuis in Arnhem. Mijn ouders heetten Van Amerongen en we woonden in een boerderij op de Stationsweg in Veenendaal. Dat was op de plek waar nu die grote winkel van Van Ekeris staat. Mijn vader was Gerrit van Amerongen. Hij is geboren in 1901 en was veehandelaar. Ondanks dat de naam Van Amerongen wel veel voorkomt in Veenendaal is dat geen familie. Mijn overgrootouders kwamen namelijk uit Utrecht. Mijn moeder heette Aaltje Klomp. Zij kwam uit de buurt van Ede, tussen Ederveen en Ede. Zij is geboren op 29 november 1905.

Mijn vader was dus veehandelaar. Zeg vooral niet dat hij boer was, want dat was hij dus niet! Ik geloof dat mijn vader zelfs nog nooit een koe gemolken heeft! Als veehandelaar kocht mijn vader altijd koeien die kalveren moesten. Dat was vreselijk want soms moesten we wel twee of drie keer in de nacht het bed uit, als die koeien kalveren moesten. Mijn vader was een harde werker, elke dag ’s morgens om vier uur, half vijf het bed uit en alle dagen aan het werk. Hij is ook niet oud geworden, hij werd maar 48 jaar en is overleden in 1949. Mijn broer studeerde toen en zou dierenarts worden, maar toen mijn vader was gestorven stopte mijn broer met studeren en ging hij thuis boeren. Mijn broer woonde dus in de boerderij, maar in verband met de aanleg van het bedrijventerrein moest hij daar weg en hij verhuisde naar de Griftweg. Hij heeft niet veel geluk want nu moet hij ook weer weg van de Griftweg, omdat ze de snelweg willen gaan verbreden.

Ik ben dus opgegroeid in het Gelders Veenendaal en ik heb daar veel herinneringen liggen. Ik ging naar school aan De Klomp, want ik mocht niet naar Veenendaal naar school van mijn ouders, want dat was daar veel te druk !

 In Veenendaal, voor mijn trouwen, heb ik onder andere bij de Sociale Zaken gewerkt, in de gezinsverzorging. Ik viel daar onder zuster Van Leeuwen. Ik moest controleren of de meisjes hun werk wel goed hadden gedaan. Maar dat was geen leuk werk, want in Veenendaal was in die tijd veel armoe, er waren veel van die arbeiderswoninkjes en soms zat ik helemaal onder de vlooien als ik er vandaan kwam! Dat was niet echt leuk. Daarom ben ik in de winkel bij fotograaf Nick Bakker en in het atelier gaan werken en later ook bij modezaak Diepeveen. Toen ik ging trouwen heb ik niet meer gewerkt. Dat hoorde niet in die tijd!

Ik kwam mijn man Albert Keij tegen toen ik eens ging dansen in het Hofje. Hij was niet m’n eerste vriendje hoor, want ik was al 32 toen ik met hem ging trouwen op 11 juni 1959. We trouwden in Ede, want Geldersch-Veenendaal behoorde toen nog tot Ede. Albert (Ab) zelf was een echte Scherpenzeler: hij is hier geboren op 15 februari 1925. Ab is een zoon van Gerrit Carel Keij en Jannigje Schimmel. Buiten Ab hadden zij nog een zoon: Joop Keij. Voluit heette hij Johannes Antonie en hij was drie jaar ouder dan Ab.

Mijn schoonvader, Gerrit Keij is geboren in Zevenhuizen op 24 april 1879.  De Keijen komen vanouds eigenlijk uit de Betuwe, maar zijn vader verhuisde nog al eens. Mijn schoonmoeder Jannigje Schimmel is geboren hier in Scherpenzeel op 19 april 1883. Ze waren al niet zo jong meer toen ze trouwden, want Gerrit en Jannigje Schimmel trouwden hier in Scherpenzeel op 29 september 1921. Gerrit was toen al in de veertig!

Jannigje Schimmel (ook wel Jannetje genoemd) was een echte Scherpenzeelse, zij was een dochter van Albert (Bart) Schimmel en Jantje Berendse. Bart Schimmel kreeg vier dochters : Jannetje, Antje, Dina (voluit Everdina) en Mina  (voluit Willemina). Bart Schimmel was een bekende persoonlijkheid in het dorp: hij was korenmolenaar, wethouder (later loco-burgemeester), ambtenaar van de burgerlijke stand en rijksschatter. Dat hield in dat hij voor de belastingdienst moest schatten wat de waarde van woningen was. Ook zat hij in de verzekeringen en die verzekeringsportefeuille is later nog overgenomen door Wim Schimmel.

Mijn grootouders van schoonouders kant, de familie Schimmel, woonde aan de linkerkant in een van die huizen bij de Holevoet. Later kwam in dat huis Jan van Woerekom te wonen. In het begin van de oorlog zijn die huizen toen verwoest, maar ik weet niet waar die van Woerekoms zijn gebleven, ze zijn toen gevlucht.

Na mijn trouwen verhuisde ik naar Scherpenzeel en ging ik inwonen bij mijn schoonouders in het huis Hoog Koudijs aan de Stationsweg. Dat is nu huisnummer 355.

Ik ging inwonen in 1959. Nog even en ik heb dus een 50-jarig jubileum.

Er was in die tijd geen huis te krijgen in Scherpenzeel. Mijn schoonvader ging naar de burgemeester om een huis te krijgen voor mijn man en mij, maar de burgemeester zei : ‘’jouw huis is groot zat, je neemt ze er maar bij in!’’  En zo kwam het dat ik de eerste jaren bij mijn schoonouders ingewoond heb.

pa Bart Schimmel had een broer die Johan heette. Johan is echter vroeg overleden en opa Bart werd daarom voogd over de kinderen van Johan, Tineke en Antje Schimmel. Maar opa Bart zat nogal strak in z’n vel en toen die meiden, ze waren toen al in de twintig jaar oud, wilden trouwen gaf opa Bart geen toestemming voor het huwelijk! Nee, want die jongens waren niet voornaam genoeg, dat was te min. Dat heeft mijn man Ab nog vaak te horen gekregen! Dan zei Siem tegen Ab, mijn man : “Wij woaren veuls te min voor jullie hé?”. “Ja” zei Ab dan “kan ik d’r wat aan doen dat opa zo was?”.

 Opa Bart had trouwens ook een motor. Daar heb ik ook nog een mooie foto van.

Mijn schoonvader Gerrit Keij was de oprichter van de Rotterdamsche Bank hier in Scherpenzeel. Dat was al lang voordat ik ging trouwen in 1959, want toen was mijn schoonvader al gepensioneerd.  Gerrit Keij kwam in Scherpenzeel terecht toen hij kwam te werken bij de bank in Veenendaal. Hij zat toen in de kost hier in Scherpenzeel bij een mevrouw Kuijper. Ik weet niet wie dat was, zij woonde aan de Holevoet in dat huisje met de trapgevel naast het rentmeestershuis. Behalve dat hij hier in Scherpenzeel mijn schoonmoeder leerde kennen is hij dus met de Rotterdamsche Bank hier in Scherpenzeel en dat deed hij gewoon vanuit het ouderlijk huis aan de Stationsweg. Dat huis Hoog Koudijs was natuurlijk een groot huis en er was genoeg ruimte om een bank te starten. Aan de linkerzijde hield hij kantoor en daar stond ook de kluis. Pas later werd er verhuisd naar de Dorpsstraat, op de hoek met de huidige Burg. Royaardslaan. Dat heette in die tijd nog de Groote Steeg. Later zou de Rotterdamsche Bank opgaan in de Amro-bank, maar dat was lang na de tijd van mijn schoonvader. Maar hij was wel een begrip in het dorp, want als je sprak over Gerrit Keij werd er ook altijd gezegd ‘’Oh…. Keij van de bank !’’

Gerrit Karel Keij zat verder ook als diaken in de kerk en zorgde voor wat liefdadigheid, dan kwamen arme mensen voor de Kerst bij mijn schoonmoeder en dan kregen ze kleding en zo. Ik weet daar eigenlijk niet zo veel van, want we hoorden er nooit iets over. Pa Keij betrok nooit iemand in zijn beslissingen. Op een gegeven moment besloot hij bijvoorbeeld de boomgaard te verkopen aan Heijkamp en mijn man hoorde dat pas ’s avond, toen de boomgaard al verkocht was. Dat vond mijn man niks, want voor het geld hoefde m’n schoonvader het niet te doen en mijn man vond dat je vaste goederen niet zo snel moest verkopen.

 Mijn man had een oom, Johannes Gerardus Keij. Hij was dominee en getrouwd met Tante Mies en zij woonden in Lent. Mijn man Ab moest daar wel eens logeren met z’n broer Joop, maar daar hadden ze heel geen zin in. Tante Mies was namelijk zo precies. Alles moest altijd netjes blijven en ze moesten bijvoorbeeld elke avond de schoenen voor de slaapkamerdeur zetten want dan werden ze netjes gepoetst door de dienstbode.  

Die oom Johannes heeft als dominee mijn schoonouders getrouwd, maar dat liep bijna mis! Oom Johan en tante Mies zouden met een rijtuigje (het was in 1921) naar Scherpenzeel komen, maar terwijl de gasten al ongeduldig stonden te wachten, er kwam niemand! Maar toch, op een gegeven moment: daar kwam het rijtuig aan en die stopte voor de deur.  De koetsier stapte af, deed het deurtje open en was erg verbaasd, want er zat mooi geen mens in. Het bleek dat tante Mies onderweg een beetje in paniek was geraakt, omdat ze dacht dat de koetsier te ver was gereden. Zonder dat de koetsier het gemerkt had zijn tante Mies en oom Johan toen uit het rijtuigje gesprongen! Er is toen iemand op de fiets gestapt om ze gaan zoeken en ja hoor, daar liepen ze, helemaal bij de Pothbrug. Tante Mies, die toch al zo precies was, had de kousen en het been kapot en heeft zich toch geschaamd!

Ik heb trouwens zelfs nog de trouwkaart van mijn schoonouders

Groepsfoto t.g.v. het  huwelijk van Gerrit Carel Keij en Jannetje Schimmel op 29 september 1921. Geheel links zien we Albert Schimmel staan (geb. 4 oktober 1858), daarnaast, met hoge hoed,  ds. Johannes G. Keij, Jantje Berendse (geb. 8 juni 1856) en Mies van Renes, de vrouw van de dominee. Rechts naast de derde heer met hoge hoed staat Cor Schimmel en rechts naast haar Everdina (Dina) Schimmel.

Mijn schoonvader overleed in 1963 en toen verhuisde mijn schoonmoeder naar het bejaardenhuis. We hadden toen dat hele grote huis voor ons alleen. Mijn schoonmoeder werd bijna 90, zij overleed in 1973.

Mijn man Albert heeft in de meubelzaak en stoffeerderei Achterberg in Amersfoort gewerkt en later ook bij Vroom & Dreesman. Ook heeft hij nog in Utrecht gewerkt en hij heeft jaren thuis gelopen in verband met ziekte.

Mijn man en ik hebben nooit kinderen gekregen. De ‘’Keijen’’ krijgen geen kinderen. Mijn schoonouders wel, want anders had ik mijn man niet gehad, maar in de familie Keij komt het vaak voor dat een huwelijk kinderloos blijft.

Toen mijn man Ab 50 was hebben we het huis aan de Stationsweg verkocht. Dat was in 1975. Ab wilde graag de 50 jaar volmaken, hij is geboren en getogen in dat huis. Kees Bakker van de kwekerij aan de Barneveldsestraat heeft toen Hoog Koudijs gekocht. Kees was op zoek naar een groot huis en vond het een prachtig huis. Het huis bestond toen uit twee delen en toen Kees Bakker er eenmaal woonde wilde hij de andere helft ook kopen. Kees Bakker ging echter na een paar jaar failliet en toen is er wel eens gezegd dat op een huis van Keij geen zegen rust !

Wij hebben daarna aan de Röelllaan gewoond. Mijn man overleed, nu alweer acht jaar geleden en nu woon ik dus in een appartement boven de Golff. Dat bevalt prima, want het is een mooi huis. Maar ik heb er ook wel eens over gedacht om weer naar Veenendaal te verhuizen. Ik heb zelfs al eens een huis gekocht in Veenendaal, maar ik kreeg niet zo snel kopers voor dit appartement. Ik heb toen een jaar lang twee huizen gehad en nooit in dat nieuwe huis in Veenendaal gewoond. Op een gegeven moment was ik dat zat en toen heb ik ook het huis in Veenendaal weer te koop gezet. Je raadt het al : op de dag dat ik dat huis in Veenendaal verkocht, waren er ook kopers voor dit appartement. Toen heb ik snel Bert van Manen de makelaar gebeld ‘’ik verkoop het niet meer hoor!’’

Ik ben nu te oud, ik heb nu niet zo’n zin meer om naar Veenendaal te gaan. Veenendaal wordt ook zo groot, ik wil echt niet overal meer wonen in Veenendaal.

Nou, ik ga nu echt stoppen hoor! Er is zoveel gebeurd in die jaren, daar kun je nog wel even over doorpraten !”

V.l.n.r:. Hendrika Drost, vader Gerrit Keij, zoontje van ds. Keij, dominee Keij, zijn vrouw Mies van Renes, Alida Zwezerina Keij (geb. 1886 en zuster van Gerrit Keij), Johannes Anthonie Keij (een broer van Ab Keij).

Lid worden?

Oud Scherpenzeel heeft al 981 !!! leden! Lid worden van "Oud Scherpenzeel"? Kosten lidmaatschap per jaar: € 17,50 Ja, ik wil lid worden!